Josh Waitzkin was een top schaakspeler, die na jaren aan de top te hebben gestaan een nieuwe activiteit oppakte: Tai Chi Chuan. Ik las zijn boek The art of learning: a journey in the pursuit of excellence. Het is een boeiend geschreven persoonlijk verhaal waarin hij probeert om een leidraad te geven voor diepgaand leren, waarmee je excellentie kunt bereiken. Hoewel er wel een paar wetenschappelijke bronnen te ontdekken zijn in zijn boek, is het boek toch meer een persoonlijk verslag van wat heeft gewerkt voor Josh zelf om excellent te worden in schaken en Tai Chi Chuan. De wetenschappelijke fundamenten die ik herken of meen te herkennen in zijn verhaal zijn de groeimindset van Carol Dweck en deliberate practice van Anders Ericsson en enige kennis over breinplasticiteit. Een paar mooie stukjes die ik tegenkwam gaan over feedback, reactie op falen, leerdoelen en prestatiedoelen, leren van fouten en successen en rust nemen. Ik heb wat Josh erover zegt vrij vertaald en samengevat.
Feedback
Als ik een belangrijke beslissing nam, of die nu goed was of slecht, vroeg mijn trainer me om mijn gedachtegang uit te leggen. Waren er andere manieren waarop ik hetzelfde doel had kunnen bereiken? Had ik gelet op gevaren en risico’s? Had ik een andere volgorde van handelingen in overweging genomen? Mijn trainer behandelde me niet neerbuigend, hij gaf me geen complimentjes voor elke kleine beslissing, goed of slecht. Sommige trainers doen dat en hun intentie is om zelfvertrouwen op te bouwen, maar in plaats daarvan ontmoedigen zij hun leerlingen om objectief te blijven, ze stimuleren het wentelen in zelfbewondering en ze ontwikkelen een oneerlijke relatie tussen de instructeur en de leerling die de leerling zeker wel kan voelen.
Reactie op falen
Toen ik acht was en ik voor het eerst een grote schaakwedstrijd verloor, reageerde ik daarop met hard werken. ik had tot dan toe uitsluitend gewonnen en als ik had verloren dan was het tegen volwassenen, maar nu had ik verloren tegen een ander kind. Ik realiseerde me dat ik sterfelijk was. Ik kon verliezen van iemand van mijn eigen leeftijd. In reactie studeerde ik middagen en middagen alleen in mijn kamer. Honderden en honderden uren. De sleutel tot het streven naar excellentie is om een organisch, lange termijn leerproces te omarmen en niet te blijven hangen in een schelp van statische, veilige middelmatigheid. Groei gaat steeds ten koste van de veiligheid en het comfortabele gevoel dat je hebt op het niveau waar je nu zit.
Presteren of leren
Honderden en honderden uren van mezelf verliezen in de subtiliteit van elk schaakstuk. Ik leerde bottomup. Als schakend leerde ik over het proces van schaken. Ik werd dol op de subtiliteit van het spel. Andere kinderen kregen op een heel andere manier les: ze begonnen met het leren van openingszetten. De theorie die hieraan ten grondslag ligt is dat als je een beginnende schaakspeler openingszetten leert, dat ze dan snel en makkelijk leren winnen. Dat klinkt misschien logisch, maar het is hetzelfde als het ontwikkelen van de gewoonte om de wiskundetoets van het bureau van de docent te stelen. Je slaagt waarschijnlijk wel maar je hebt niks geleerd en je hebt geen waardering gekregen voor het prachtige proces van het leren zelf. Als kinderen zich focussen op openingszetten dan gaat schaken draaien om winnen. De kinderen die zo getraind worden vragen:”Hoeveel zetten had je nodig om te winnen?”. Schaken wordt eendimensionaal: winnen, zo snel mogelijk winnen. Deze kinderen krijgen een statische mindset, het draait voor hen allemaal om snel resultaat dat bepaald wordt door hoe slim je bent en niet om leren en inspanning.
Prestaties zijn belangrijk
De incrementele benadering van leren moet geen excuus worden voor het niet malen om slechte resultaten. Net doen alsof het resultaat onbelangrijk voor je is, alsof je alleen maar dol bent op leren zelf. Korte termijn doelen behalen kan juist een enorme stimulans zijn, als ze ingebed zijn in een voedende lange termijn filosofie. Als je verliest of faalt is het een belediging voor iemands intelligentie als je tegen hem zegt dat het niet uitmaakt. Natuurlijk maakt het wel uit, waarom zou die persoon zich anders zo inspannen voor de activiteit? Het is goed bedoeld maar een gebrek aan empathie om tegen iemand die zijn stinkende best doet om een goed resultaat neer te zetten te zeggen dat het niet uitmaakt dat hij heeft gefaald. In plaats daarvan kun je beter laten merken dat je het rot voor de persoon vindt en met hem analyseren waar het fout ging. Groei komt op het punt van weerstand. We leren door onszelf te pushen voorbij wat we nu kunnen. Bij incrementeel leren horen periodes van je terugtrekken, studeren, in jezelf gekeerd zijn. In die periodes kun je niet ook geweldige resultaten neerzetten. Ze zijn nodig om vervolgens op een hoger niveau te kunnen functioneren en dat zie je dan weer terug in je resultaten.
Reageren op je eerste fout
Hoe je reageert op je eerste fout is cruciaal voor hoe het verder gaat. Je leeft voor je je eerste fout in een bepaalde werkelijkheid, dat de dingen wel lekker lopen, dat je aan de winnende hand bent, dat je sterker bent dan je tegenstander. En dan komt je eerste fout. De valkuil is dat je dan blijft leven in een werkelijkheid die er niet meer is, de werkelijkheid die er was voor je je fout maakte. Die eerste fout is vaak goed oplosbaar als je direct adequaat reageert, maar het risico is dat er een neerwaartse spiraal gaat ontstaan. Want als je in een oude werkelijkheid leeft, in de werkelijkheid van voor je fout, dan ga je fout op fout stapelen. Herken wanneer je je eerste fout maakt en verander onmiddellijk je benadering, in plaats van nog te blijven spelen in een werkelijkheid die er niet meer is.
Reflectie (leren van fouten en van successen)
Na een verloren wedstrijd bracht ik uren en uren en uren door met het analyseren van wat er mis was gegaan. Ik bedacht alle mogelijke scenario’s en doordacht alle mogelijke uitkomsten van elk van die scenario’s. Na een dergelijke reflectie, die letterlijk dagen of weken in beslag nam, wist ik de volgende keer tijdens een wedstrijd precies waar ik mee bezig was. Ik herkende de situaties en overzag alle mogelijke scenario’s waardoor ik goed kon reageren waar ik eerder faalde.
In een Tai Chi Chuan wedstrijd gebeurde er iets voor mij totaal onverwachts, ik deed iets effectiefs waardoor mijn tegenstander uitgeschakeld werd. Ik heb uren en uren de beelden geanalyseerd om erachter te komen welke principes er daar aan het werk waren. Het bleek dat ik met een bepaalde beweging iets had gedaan om mijn tegenstander zijn balans te doen verliezen. Vervolgens bestudeerde ik alle mogelijke scenario’s om een dergelijk verlies van balans bij tegenstanders te kunnen triggeren.
Rust
Ik heb vaak gezien dat tijdens schaaktoernooien de kinderen na een gespeelde wedstrijd, in het uur tussen die wedstrijd en de volgende, les kregen van hun instructeur en hun ouders. Ze waren dan gedurende het uur tussen beide wedstrijden gefocust aan het leren. Maar dat leidt tot mentale en fysieke uitputting. Ik ging hardlopen tussen wedstrijden of een potje voetballen of mediteren. Mentale en fysieke rust nemen is noodzakelijk om fris aan de volgende uitdaging te kunnen beginnen.