Hoe kom ik af van mijn slechte gewoonte?

Iedereen heeft ze: gewoontes. Goede gewoontes. Maar helaas ook slechte gewoontes.. Hoe verander je gewoontes?

Charles Duhigg schreef er een boeiend boek over. Klik hier om meer te lezen

Overdiagnose in coaching en therapie?

Regelmatig krijgen burgers een uitnodiging voor een screening, op ziektes als baarmoederhalskanker  of borstkanker bijvoorbeeld. “Gezond verstand” zegt dat je er goed aan doet om je te laten screenen. Veel mensen associëren zo’n screening met het beperken van je risico dat je de ziekte waarvoor je wordt gescreend daadwerkelijk krijgt. Screening voelt als goed en zorgvuldig omgaan met je gezondheid. Vroegtijdig signaleren dat er iets mis is, klinkt veilig. We ervaren het als progressie in de gezondheidszorg dat we ons vroegtijdig kunnen laten controleren op ziektes. Maar is dat inderdaad zo? Als je geen symptomen hebt, zou het dan verstandig zijn deel te nemen aan screening?
Gilbert Welch, Lisa Schwartz en Steven Woloshin schreven in het boek Overdiagnosed, making people sick in the pursuit of health. De auteurs brengen het risico van overdiagnose onder de aandacht. Allereerst stellen zij: als je symptomen hebt, ga dan naar een dokter!  De medische sector kan zieke mensen helpen.
En vervolgens zeggen zij: als je geen symptomen hebt, bedenk dat heel goed of je je wel wilt laten onderzoeken. Want je loopt het risico van overdiagnose. Klik hier om meer te lezen

Overdiagnosis in counselling?

Citizens regularly receive an invitation to be screened for diseases like breast cancer and cervical cancer. Common sense says getting screened is to right thing to do. Many of us associate screening with reducing the risk of developing symptoms or dying from the disease. Early diagnosis sounds like the safe option. However, is this actually true? In the absence of symptoms, is looking hard for a disease sensible?

Gilbert Welch, Lisa Schwartz and Steven Woloshin are the authors of the book Overdiagnosed, making people sick in the pursuit of health. In their book they address the risk of Overdiagnosis. First and foremost they state: if you have symptoms, go see a doctor! The medical profession has a lot to offer when you’re ill. Subsequently the authors say: if you don’t have any syptoms, think twice before getting screened. You may be at risk of overdiagnosis. Overdiagnosis occurs when individuals are diagnosed with conditions that will never cause symptoms or death. Overdiagnosis is the consequence of the enthusiasm for early diagnoses. It only occurs when a doctor looks for a disease in a person who has no symptoms. The authors explain that for many diseases your chances of being overdiagnosed are much higher than your chances to prevent death as a consequence of early diagnosis and treatment.

The authors describe how the thresholds to determine who has a condition and who doesn’t have changed dramatically over the years. For many diseases you’re diagnosed with that disease much quicker now than before, because the cutoffs have been lowered. As a consequence, many more people get treatment. The risk of overdiagnosis is overtreatment. Being treated for a disease that would never have led to symptoms can be disadvantageous. The treatment may be mentally and physically hard and may cause negative side effects. Overdiagnosis makes healthy people ill.

Might overdiagnosis sometimes be happening in coaching and counselling  as well?

I think hat in the field of mental health, the goalposts have changed over the years too. What was once a ‘normal’ response to a life event has now been ‘problematised/ / categorised.  Let’s ask what might sound a shocking question – might overdiagnosis sometimes be happening in the counselling room as well? Could it be that as a consequence of counselling the client perceives he has more problems than he thought he had when he started counselling? Might it be possible that counselling could, in some cases, actually induce mental health problems? What do you think?

9 Progress focused questions

Progress focused conversations are concrete, pragmatic, positive and  use easy wordings.

Nine progress focused questions are:

  1. What have you already achieved?
  2. How did you manage to achieve that?
  3. What do you want to achieve?
  4. What will be better once you have achieved that?
  5. Which difficulties do you already handle a bit better sometimes?
  6. How do you already pull that off?
  7. What will you do again, which led to improvements before?
  8. What will you experiment with, to explore whether it leads to further improvements?
  9. How will you notice you’re on the right track?

Beliefs in progress focused conversations

Your convictions steer your responses in dialogues with others and with yourself. Progress focused beliefs are:

Klik hier om meer te lezen

Negen progressiegerichte vragen

Progressiegerichte gespreksvoering is concreet, praktisch, positief en maakt gebruik van eenvoudig formuleringen.
Negen progressiegerichte vragen zijn:

  1. Wat heb je al bereikt?
  2. Hoe heb je dat al weten te bereiken?
  3. Wat wil je verder bereiken?
  4. Wat gaat er beter wanneer dat is bereikt?
  5. Wat gaat er nu al soms beter?
  6. Hoe krijg je dat soms al voor elkaar?
  7. Wat ga je opnieuw doen waarvan je hebt gemerkt dat het leidt tot verbetering?
  8. Wat ga je uitproberen om te onderzoeken of het tot verbetering leidt?
  9. Waaraan ga je merken dat je op de goede weg bent?

Overtuigingen in progressiegerichte gespreksvoering

De overtuigingen waarmee je in gesprek bent sturen de manier waarop je reageert op je gesprekspartner. Progressiegerichte overtuigingen zijn denk ik:

  1. Er is altijd al progressie aanwezig: hoe moeilijk een situatie ook is, er zijn altijd al (kleine) verbeteringen bereikt.
  2. Praten over gemaakte en verder gewenste progressie werkt motiverend: door onder woorden te brengen wat er al is bereikt en wat je graag verder wilt bereiken ontstaan positieve emoties die je creatief maken, waardoor je mogelijkheden begint te zien om verdere verbetering te bereiken. Dit triggert het progressiesignaal en dat versterkt je wil om in beweging te komen.
  3. Progressie is mogelijk: de overtuiging dat je progressie kunt maken is een voorwaarde om ook daadwerkelijk progressie te bereiken, omdat het alleen zin heeft om in beweging te komen wanneer je gelooft dat wat je doet iets goeds kan opleveren.
  4. Progressie is normatief:  verandering is pas progressie als het leidt tot beweging in de richting van een betere situatie. Een situatie is beter wanneer er sprake is van een positief effect op het systeem (individu, team, organisatie, samenleving, universum).
  5. Kleine, langzame progressie is net zo waardevol en motiverend als grote, snelle progressie: progressie verloopt niet lineair, maar volgt de wetten van complexe systemen. Progressie kan soms opeens heel snel gaan en exponentieel toenemen. Door te focussen op kleine progressie wordt de drempel lager om in beweging te komen.
  6. Verfijnen en exploreren kunnen allebei leiden tot progressie: progressie kan zowel bereikt worden via het verfijnen van wat je al deed en meer doen van wat werkt als via het exploreren van nieuw gedrag en uitproberen van nieuw gedrag.

Herken je deze overtuigingen? Zijn er andere overtuigingen die jij associeert met progressiegerichtheid?

Progressie wordt mogelijk door groeimindset

Een waargebeurd groeimindsetvoorbeeld:
Een docent op een lagere school zei over een jongen:”hij heeft geen aanleg voor rekenen, maar wel een talenknobbel!”.
Een docent op een middelbare school zei over een jongen:”hij heeft duidelijk talent voor wiskunde, hij heeft er aanleg voor”.
Het grappige is dat dit over dezelfde jongen gaat! Hoe is dat gegaan?Klik hier om meer te lezen

Exploreren en verfijnen: twee manieren om progressie te maken

De auteurs Clampitt en DeKoch onderscheiden in hun boek Transforming leaders into progress makers twee manieren waarop je progressie kunt maken. Progressie door te exploreren en progressie door te verfijnen.
Exploreren betekent dat je iets nieuws en innovatiefs probeert. Exploreren is het betreden van onbekend terrein. Onvoorspelbaar. Klik hier om meer te lezen

Hoe herken je een progressiegerichte mindset?

Sommige mensen hebben een negatieve associatie bij progressie, omdat een focus op progressie hen een gejaagd, een “nooit tevreden” gevoel geeft. Opmerkingen als :”Is het dan nooit goed genoeg?” of “Komt er dan nooit een eind aan alle verbeterslagen?” komen volgen de auteurs Clampitt en DeKoch vanuit een verkeerd begrip van wat progressie is. Door progressie als een doel op zich te zien in plaats van als een mindset. Het verschil tussen een doel en een mindset is volgens de schrijvers het volgende. Een doel kun je, als het eenmaal is bereikt, van je to-do-lijstje afhalen. Een mindset is een manier van leven. Een progressiegerichte mindset is dus een manier van in het leven of in je werk staan. Soms komt de progressie door te verfijnen en soms komt de progressie door te exploreren. Dus een progressiegerichte mindset is niet hetzelfde als van de ene naar de andere hype fladderen, of nooit tevreden zijn met de progressie die je al hebt bereikt. Wat is het wel? Hoe herken je een progressiegerichte mindset?