Wordt depressie en angststoornis veroorzaakt door chemische disbalans in het brein? Eén breinmythe die onderuit gehaald wordt in het boek Great Myths of the brain” is de mythe dat mentale ziektes zoals depressie en angststoornissen veroorzaakt worden door een chemische disbalans in het brein.

Breinwetenschap

Christian Jarrett schrijft daarover het volgende. Het niet goed begrijpen en het verkeerd gebruiken van breinwetenschap kun je ook terug zien in de manier waarop de media, het algemene publiek en zelfs vele medische professionals denken over mentale ziektes. Depressie en angststoornissen bijvoorbeeld. Hoe simpel zou het niet zijn als depressie en angststoornissen een kwestie waren van chemische disbalans in het brein, te verhelpen met pillen?

Geen bewijs dat chemische disbalans depressie veroorzaakt

De werkelijkheid ligt anders. Het is zeker zo dat het bestuderen van de biologische kant van stemmingen (depressie en angst) en de breinchemie, tot mooie ontdekkingen heeft geleid ten aanzien van hoe we serotonine en andere neurotransmitters kunnen targetten met medicijnen. En depressie en angst gaat gepaard met chemische disbalans. Maar er is geen bewijs dat depressie en angststoornissen worden veroorzaakt door een chemische disbalans. Niemand weet wat de juiste niveaus van neurotransmitters zijn en neurotransmitters zijn ook maar 1 schakeltje in de complexe werking van het brein.

Geen consistentie

Er wordt niet consistent gevonden dat mensen met depressie een laag serotonine gehalte hebben in hun brein. In 2007 was er zelfs een studie die vond dat mensen met depressie een sterk verhoogd niveau serotonine hadden. Antidepressiva leidt er bij die mensen juist toe dat het serotonine gehalte verlaagde. Er is ook geen consistent bewijs dat het toedienen van serotonine aan mensen met depressie leidt tot het verbeteren van de stemming van die mensen. En het doelbewust verlagen van het serotonine gehalte in het brein van mensen leidt ook niet consistent tot een verslechterde stemming.

Asperine

Eenvoudig gezegd: omdat aspirine helpt bij het verminderen van hoofdpijn wil dat niet zeggen dat hoofdpijn veroorzaakt wordt door een tekort aan aspirine.

Antidepressiva en placebo

Een meta-analyse in 2008, door Kirsch et all, liet zien dat zowel antidepressiva als placebopillen een sterk effect hadden op het herstel bij de meeste depressieve mensen. Het verschil in effect tussen de placebo en de antidepressiva was niet significant. Kortom, het wijst erop dat het positieve effect van pillen niet komt door het opheffen van een chemische disbalans in het brein, maar door een placebo effect. Alleen bij de meest ernstige depressieve mensen werken antidepressiva beter dan een placebo. Pillen zouden dus alleen voorgeschreven moeten worden voor de meest ernstige depressieve mensen.

Langere tijd

Als depressie een kwestie was van te weinig serotonine dan zou je verwachten dat het toedienen van serotonine in het brein ook een direct effect zou hebben op de stemming. Dat is niet het geval. Het duurt weken voordat depressieve mensen een verbetering ervaren.

Neurogenese

In plaats van te focussen op een chemische disbalans is het beter om de niveaus van neurogenese te stimuleren. Neurogenese is de geboorte van nieuwe breincellen in de hippocampus. Het blijkt dat er minder aanmaak van neuronen is bij depressieve of angstige mensen. Uit onderzoek bij muizen blijkt dat als de muis minder angstig wordt gemaakt met Prozac en daardoor weer explorerend gedrag gaat vertonen en weer gaat eten, de niveaus van neurogenese weer normaal worden. Gedrag waardoor nieuwe neuronen geboren worden lijkt de cruciale factor te zijn om te genezen van depressie. Dat zou ook verklaren waarom het weken duurt voordat een depressieve persoon zich wat beter gaat voelen; het weer op gang brengen van neurogenese kost tijd.

Wandelen

Een goede manier om neurogenese in gang te zetten is door te gaan wandelen. Elke dag een stukje wandelen is raadzaam voor iedereen, en zeker voor mensen die depressieve klachten hebben. 
 

]