Search results for: doelen

Prestatiedoelen kunnen toch prima doelen zijn

Er wordt vaak een onderscheid gemaakt tussen leerdoelen (mastery goals) en prestatiedoelen (performance-approach goals). Mensen die leerdoelen hebben willen diepgaand leren en hun eigen vaardigheden verbeteren, mensen die prestatiedoelen hebben willen beter scoren dan anderen. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat het doel om beter te scoren dan je medestudent, positief geassocieerd is met oppervlakkig leren en negatief geassocieerd is met diepgaand leren en zelfregulerend leren.
Vansteenkiste et al vroegen zich af het iets uitmaakt of de student het prestatiedoel autonoom heeft gekozen of juist onder druk het prestatiedoel aan het nastreven is. Sommige studenten zeggen immers dat ze een hoog cijfer willen halen of beter willen presteren dan anderen omdat ze dat leuk vinden, terwijl anderen zich verplicht voelen vanwege de druk van docenten, ouders of medestudenten. Uit het onderzoek van Vansteenkiste blijkt inderdaad dat het niet zozeer de prestatiedoelen zelf zijn die leiden tot oppervlakkiger leren en een aantal andere negatieve resultaten, maar dat de onderliggende motivatie voor die prestatiedoelen de bepalende factor is.
Als een student een prestatiedoel heeft (het halen van een hoog cijfer of beter scoren dan een medestudent), hangt dit positief samen met informatieverwerking, time management, concentratie en volharding. Er is geen positieve relatie met het eruit kunnen halen van de kernideeën in de studiestof, een positieve houding ten opzichte van school en de objectieve prestatie. Er is een positief verband met angst voor het maken van tests.
Maar…deze effecten verdwenen vrijwel volledig toen de onderzoekers onderscheid maakten naar de achterliggende motivatie voor het prestatiedoel. Of de student zelf kiest voor het prestatiedoel of juist het gevoel heeft onder druk te staan om het prestatiedoel te bereiken, is de factor die het verschil maakt en niet het prestatiedoel op zich.
Pas wanneer een student een prestatiedoel nastreeft omdat hij zich gedwongen voelt om dat doel na te streven, is er een negatief effect op de kwaliteit van zijn leren, is hij minder geconcentreerd, plant hij slechter, is hij minder betrokken en leert hij oppervlakkiger. Maar als de student een prestatiedoel nastreeft omdat hij daar autonoom voor gekozen heeft, vallen die negatieve effecten weg en komen daarvoor in de plaats: betere organisatie van de studietijd, diepere verwerking van de studiestof, sterkere focus op de leeractiviteit tijdens het studeren, doorzetten bij tegenslag en minder spiekgedrag. Alleen de angst voor tests bleef bestaan.
Als de student beter presteren dan een ander ziet als een spannende uitdaging en een kans om te groeien, dan is dit geassocieerd met een positievere oriëntatie tov school, waarschijnlijk omdat het gepaard gaat met betere vervulling van de basisbehoeften aan autonomie, competentie en verbondenheid met school.
Er hoeft dus niets mis te zijn met een prestatiedoel zoals “Ik wil beter scoren dan jij”.
lees hier het onderzoeksartikel: 2010_VansteenkisteEtAl_MOEM

SMART of progressiegericht doelen stellen

SMART doelen stellen, is dat progressiegericht te noemen? Lees hier mijn idee daarover: SMART en progressiegericht doelen

Agentische betrokkenheid bij feedback

Agentische betrokkenheid bij feedback. Het verstrekken van feedback aan studenten leidt niet automatisch tot een verbetering van hun vaardigheden of hogere cijfers. Deze uitkomst is afhankelijk van de actieve inzet en betrokkenheid van de leerlingen met de ontvangen feedback. Immers, of er progressie wordt geboekt naar aanleiding van ontvangen feedback hangt af van wat de student met de feedback doet. Winstone et al (2016) beschrijven het SAGE-model in dit artikel. Vaak wordt gefocust op hoe de feedbackgever de feedback formuleert, maar er zijn veel meer factoren die bepalen of er progressie wordt geboekt naar aanleiding van de feedback.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Kwaliteit van team motivatie

Bron: https://iaap-journals.onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/apps.12526

Kwaliteit van team motivatie. In dit artikel kun je lezen over een model dat Greniér et al (2023) introduceren om team motivatie te beschrijven en verklaren. De onderzoekers pogen het ‘waarom’ van motivatie van het team te verklaren. Net als binnen de zelfdeterminatietheorie de kwaliteit van motivatie van individuen uiteen valt in gecontroleerde en autonome motivatie-typen, beschrijven de onderzoekers dat deze motivatiekwaliteiten ook op team niveau aanwezig zijn.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Team motivatie

Team motivatie. Greniér et al (2023) hebben een artikel geschreven over team motivatie. Het interessante aan dat artikel is dat het een van de eerste pogingen is om de kwaliteit van motivatie op teamniveau te beschrijven en daarmee de teameffectiviteit te verklaren.

Klik hier om meer te lezen

Mindset en zelfgestuurd leren

Mindset en zelfgestuurd leren. Hertel et al (2024) deden onderzoek naar het effect van iemands overtuigingen over het belang van zelfgestuurd leren en diens overtuigingen over de ontwikkelbaarheid van capaciteiten op leren, presteren en welbevinden van die persoon.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Positieve effecten van job hopping

Positieve effecten van job hopping. Er is steeds meer onderzoek dat laat zien dat wanneer je van baan verandert, er eerst een soort huwelijksreisfase is, gevolgd door een katerfase. In het begin voel je je super over je nieuwe baan, maar die blijheid zakt na een tijdje weer naar je oude normaal. Dit idee past bij wat ze de setpunttheorie noemen, die zegt dat je basisgevoel van geluk vrij stabiel blijft door je leven heen. Ook al gebeurt er iets leuks, uiteindelijk wen je eraan en voel je je weer zoals eerst. Zhou et al (2024) onderzochten deze effecten wanneer er sprake is van een proces van meerdere baanwisselingen.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Alleen maar niet eenzaam

Alleen maar niet eenzaam. Adams en Weinstein onderzochten het welbevinden en de psychologische basisbehoeften-vervulling wanneer mensen met anderen samen zijn versus wanneer mensen alleen zijn. Ze vroegen zich af of er een verschil is in de ervaring van competentie, autonomie en verbondenheid als mensen bij anderen zijn versus wanneer mensen alleen zijn. Daarnaast keken ze naar de relatie tussen de psychologische basisbehoeftenvervulling in sociale context en bij alleen zijn en dagelijks welbevinden en naar de interactie-effecten tussen psychologische basisbehoeftenvervulling in sociale context en bij alleen zijn.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Hoe docenten autonomie kunnen faciliteren

Hoe docenten autonomie kunnen faciliteren. In de zelfdeterminatietheorie is de dual procesbenadering van cruciaal belang voor het bevorderen van een hoge kwaliteit van motivatie bij studenten: wat doe je als docent het beste wel en wat doe je het beste niet als docent? De onderzoekers Ahmadi et al presenteren een overzicht van concrete docentgedragingen die autonome motivatie mogelijk maken. Een van de categorieën docentgedragingen gaat over het bieden van autonomie-ondersteuning en het voorkomen van autonomie-ondermijning. Autonomie-ondersteuning helpt studenten te ervaren dat hun gedrag voortkomt vanuit henzelf.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
  Klik hier om meer te lezen

Gedachten over de toekomst

Szpunar, K.K., Spreng, R.N., Schacter, D.L. (2014) in Varieties of future thinking,
Psychology of thinking about the future (2018)

Gedachten over de toekomst kunnen worden ingedeeld in vier categorieën. Schacter et al (2018) onderscheiden simulatie, predictie, intentie en planning. Naast deze vier vormen van denken over de toekomst maken ze onderscheid tussen twee soorten inhoudelijke focus, episodisch en semantisch. Episodische gedachten over de toekomst hebben betrekking op specifieke autobiografische gebeurtenissen die wellicht zullen plaatsvinden in de toekomst. Semantische gedachten over de toekomst hebben betrekking op hoe de wereld er in algemene en abstracte termen uit zal zien in de toekomst.

Klik hier om meer te lezen