Search results for: doelen

Autonome motivatie voor onhaalbare doelen

Autonome motivatie voor onhaalbare doelen, wat voor effecten zou dit kunnen hebben voor degene die het onhaalbare doel probeert te bereiken? Ntoumanis et al onderzochten de gedragsregulatie van mensen bij het nastreven van een onhaalbaar doel en de rol die de motivatie om het doel te bereiken daarin speelt.

 

Trainingen
Progressiegericht Werken

 

Klik hier om meer te lezen

Hoe intrinsieke doelen je liefdesrelatie versterken

Hoe intrinsieke doelen je liefdesrelatie versterken, dat is een thema in het onderzoeksartikel van Leung en Law. De onderzoekers deden twee studies om te bekijken hoe intrinsieke en extrinsieke doelen gerelateerd waren aan de kwaliteit van de liefdesrelatie en welke rol de psychologische basisbehoeften hierin speelden. Een kenmerkend verschil in de doelen die mensen nastreven is het verschil tussen intrinsieke en extrinsieke doelen.

Klik hier om meer te lezen

Progressiedoelen

Progressiedoelen. Vooruit komen in steeds rijker worden of steeds beter worden in andere mensen aftroeven en ondermijnen is geen progressiedoel. Je komt dan wel vooruit, maar niet in een goede richting. Doelen zoals zo rijk mogelijk worden, een grotere auto hebben dan de buren en mooier worden dan iemand anders zijn extrinsieke doelen. Extrinsieke doelen nastreven blijkt ons welbevinden niet ten goede te komen, noch wanneer we het doel aan het bereiken zijn, noch wanneer we het doel hebben bereikt.

Klik hier om meer te lezen

Zelfgekozen extrinsieke doelen

Zelfgekozen extrinsieke doelen, hoe kun je daar als progressiegerichte coach mee werken? Zelfgekozen doelen zijn immers autonoom gekozen doelen, dus dat zou goed moeten werken. Maar extrinsieke doelen werken juist niet zo goed omdat ze een gecontroleerde state of mind stimuleren. Is elk doel dat je cliënt zelf kiest goed? Of niet?

Klik hier om meer te lezen

Effecten van soorten doelen

Hier kun je lezen dat in de huidige Achievement Goal Theory onderscheid wordt gemaakt in de volgende doelen:

Klik hier om meer te lezen

Hoe kun je als docent een leerdoelenklimaat in de klas creëren?

building autonomous learners

 

 

 

 

 

 

 

 

Onder andere in dit  artikel kun je lezen over een gunstig klassenklimaat voor leerlingen, dat wil zeggen een klassenklimaat waarin ze op een betrokken en geïnteresseerde manier steeds beter worden in het vak dat ze aan het leren zijn. Wat kun je als docent doen om een dergelijk klassenklimaat te creëren? Klik hier om meer te lezen

De relatie tussen psychologische basisbehoeften en zelfconcordante doelen

Doelen die helemaal in lijn zijn met je interesses, met wat je belangrijk vindt en met je waarden zijn zelfconcordante doelen. Hoe meer het doel dat je nastreeft past bij je interesses, bij wat je belangrijk vindt en bij je persoonlijke waarden en principes, hoe meer zelfconcordant dat doel is.

Klik hier om meer te lezen

Leerdoelen die de prestaties verbeteren

thee zakjeMiranda zit in VWO-3 en heeft altijd hele hoge cijfers. Ze vindt dat ook erg belangrijk. Een hoog cijfer zegt haar dat ze het kan. Dat ze slim is. Maar voor de betavakken haalt ze geen negens en tienen, maar zesjes en zevens. Daardoor vindt ze de betavakken niet meer leuk. Ze denkt regelmatig:”Dit moet ik toch kunnen?!”, en is gefrustreerd als ze weer eens merkt dat ze het niet kan. Scheikunde, natuurkunde, wiskunde…met haar IQ zou ze hoge cijfers moeten halen, maar die haalt ze niet. Voor de talen haalt ze wel de negens en de tienen die ze van zichzelf verwacht. Ze beslist om de betavakken in de vierde te laten vallen en de talenkant op te gaan. Ze vreest wel dat talen studeren saai zal zijn, maar ze hoopt dat ze een baan als tolk-vertaler misschien wel leuk kan gaan vinden. Dan komt het moment dat ze haar vakkenpakket moet gaan kiezen en de nieuwe scheikunde docente zegt tegen haar:”Jij kiest toch zeker wel een NT-pakket, dat is echt wat voor jou!” Miranda begrijpt er niks van. Ze haalt toch helemaal geen hoge cijfers? Hoezo, is NT echt wat voor haar? In de lessen begint ze eens op te letten op de andere leerlingen. En ze merkt nu pas dat die de stof ook erg moeilijk vinden. Het is dus niet gek dat ik het zo moeilijk vind, maar juist normaal, denkt Miranda. De nieuwe scheikunde docente is erg aardig en Miranda begint anders te denken over haar prestaties en begint te ontspannen in de lessen. Ze begint haar aandacht te richten op het proberen te begrijpen van de stof in plaats van op aan te tonen dat ze de stof wel aankan. Ze verandert haar doel: ze wil graag de lastige betavakken beter leren begrijpen. Elke keer als ze weer een complexe opgave fout doet, richt ze haar aandacht op het leren begrijpen wat ze fout deed. En ze merkt hoeveel plezier het haar brengt als ze doorkrijgt hoe ze haar fouten kan verbeteren. Ze kiest voor een NT-profiel met twee talen buiten haar rooster om. En drie jaar later? Dan is ze geslaagd met een 10 voor Frans en Duits en zijn haar cijfers voor natuur-, schei- en wiskunde sterk verbeterd. Ze gaat wiskunde en natuurkunde studeren. Omdat dat haar interesse heeft gekregen.

Je welbevinden versterken door te focussen op intrinsieke doelen

Uit een studie van Lekes et al (2012) bleek een causaal verband te zijn tussen een focus op intrinsieke doelen en toegenomen welbevinden. Dus als je je focust op je intrinsieke doelen, dan heeft dit naar alle waarschijnlijkheid een positief effect op je welbevinden. Intrinsieke doelen onderscheiden zich van extrinsieke doelen doordat ze aansluiten bij de psychologische basisbehoeften van mensen. Een intrinsiek doel is bijvoorbeeld het nastreven van persoonlijke groei. Ook het opbouwen van intieme relaties en het bijdragen aan de gemeenschap zijn intrinsieke doelen. Extrinsieke doelen zijn bijvoorbeeld het nastreven van een beloning, rijkdom, populariteit en schoonheid. Dit soort doelen hebben gemeen dat er sprake is van een afhankelijkheid van de goedkeuring van anderen of een andere vorm van extrinsieke beloning en controle. Het blijkt dat mensen die extrinsieke doelen nastreven een verminderd welbevinden ervaren en dat ze juist hoge verwachtingen hebben van hun geluksniveau als ze het extrinsieke doel hebben bereikt. Die hoge verwachtingen komen niet uit, in plaats daarvan neemt het welbevinden af. De intrinsieke doelen liggen in lijn met de psychologische basisbehoeften: autonomie, competentie en verbondenheid. Het nastreven van die doelen helpt om de basisbehoeften te vervullen en daardoor neemt het welbevinden toe.
Je kunt zelf een focus aanbrengen op je intrinsieke doelen. Kies daartoe eens twee intrinsieke doelen die belangrijk voor je zijn en schrijf gedurende 20 minuten op waarom deze doelen zo waardevol voor je zijn en hoe deze doelen en waarden terug te zien zijn in je leven. Sta vervolgens elke week een keertje stil bij je twee intrinsieke doelen. Lees wat je hebt geschreven dan even door, bedenk twee slogans of quotes die aansluiten bij je intrinsieke doelen en waarom die belangrijk voor je zijn en reflecteer even hoe je bezig bent geweest met je intrinsieke doelen de afgelopen week. In het onderzoek van Lekes deden mensen dit gedurende vier weken en was een toename in hun welbevinden het resultaat.

Je bereikt je doelen beter als je ze zelf hebt gekozen

Een belangrijke manier waarop mensen hun leven betekenis geven is door persoonlijke doelen te stellen en te proberen die doelen te bereiken. De doelen die mensen nastreven kunnen worden ervaren als autonoom, dat wil zeggen dat mensen helemaal achter het nastreven van het doel staan en een volledige bereidwilligheid ervaren om het doel te bereiken. De doelen die mensen nastreven kunnen ook worden ervaren als verplicht, dat wil zeggen dat mensen druk en controle ervaren en vanwege die druk en controle het doel proberen te bereiken. Wat maakt het uit, denk je misschien, of een doel wordt nagestreefd omdat men het zelf wil of omdat men het moet. In beide gevallen streeft de persoon immers het doel na. Toch maakt het wel degelijk een verschil of iemand een autonoom doel of een gecontroleerd doel nastreeft.
Het eerste verschil gaat over het boeken van progressie. Mensen die een doel nastreven waarvan ze ervaren dat ze er helemaal achter staan, boeken meer en betere progressie dan mensen die een doel nastreven waarvan ze ervaren dat ze verplicht zijn het doel na te streven. Dit geldt ongeacht welke persoonlijkheid de persoon heeft, ongeacht hoe belangrijk het doel is, ongeacht hoe moeilijk het doel te bereiken is en ongeacht het commitment van de persoon om het doel te bereiken. Autonoom gekozen doelen worden beschermd door de persoon die vrijwillig het doel nastreeft. Als er afleidende doelen zijn pad kruizen of als hij moeilijkheden op zijn weg vindt, dan doet de persoon dingen die hem blijven focussen op het doel en negeert hij de dingen die hem afleiden van het boeken van progressie. Ook de implementatie-intenties blijken effectiever te werken wanneer je een autonoom gekozen doel nastreeft. Wil je meer lezen over implementatie-intenties, lees dan dit en dit en dit en dit. Iemand die graag kwalitatief en kwantitatief progressie wil boeken doet er goed aan te onderzoeken hoe hij de doelen die hij nastreeft zo autonoom mogelijk kan maken. Welke doelen vind je echt belangrijk? Welke doelen interesseren je? Welke doelen kloppen met je persoonlijke waarden en belangen?
Het tweede verschil gaat over welbevinden. Mensen die een autonoom gekozen doel nastreven ervaren meer positieve emoties, levensvoldoening, vitaliteit en minder negatieve emoties dan mensen die een doel nastreven waartoe ze zich verplicht voelen.
Door doelen te kiezen die belangrijk voor je zijn en je interesseren, ontstaat een opwaartse cirkel van progressie en welbevinden. Het boeken van de progressie stimuleert je namelijk om ook je vervolgkeuzes congruent te laten zijn met wat je echt wilt bereiken, wat ook weer je welbevinden verder versterkt.