Kernkwadranten
De laatste weken hebben meerdere deelnemers in onze trainingen gevraagd hoe we denken over het gebruik van kernkwadranten in progressiegerichte coachingsgesprekken. Daarom een paar van mijn gedachten daarover.
Combinaties en autonomie
Allereerst is het belangrijk om te benadrukken dat coaches vrij zijn om eigen combinaties te maken, van bijvoorbeeld instrumenten die ze al goed kennen en progressiegerichte interventies. Als een coach de kernkwadranten aanpak kent en wil toepassen, en daarnaast progressiegerichte interventies wil gebruiken, dan is hij of zij daar helemaal vrij in. Veel mensen die de progressiegerichte interventies leren toepassen, maken (zeker in het begin) ook dergelijke combinaties van wat ze al kennen en kunnen en wat ze leren in onze trainingen.
Onderzocht?
Ik heb zelf zo’n twintig jaar geleden een training gevolgd in de kernkwadranten en paste dat model destijds ook toe in mijn coachings. Ik stelde in die tijd nog niet zo vaak de vraag welk wetenschappelijk bewijs er was voor de modellen en instrumenten die ik gebruikte. In de loop der jaren is dat sterk veranderd, zie ook hier.
Pseudowetenschap
Ik heb gezocht naar wetenschappelijke onderzoeken naar kernkwadranten en heb nog geen bewijs kunnen vinden voor de validiteit, betrouwbaarheid, interne consistentie en voorspellende validiteit van het model. Kernkwadranten worden door sommigen beschreven als pseudowetenschap, zie ook hier. Pseudowetenschap is de benaming voor een stelsel van opvattingen, uitspraken, of handelingen dat de toets van een wetenschappelijke methode niet doorstaat, maar waarvan aanhangers toch beweren of suggereren dat het om wetenschap handelt.
Focus op sterktes
De kernkwadranten focussen onder andere op persoonlijke kwaliteiten en sterktes, zogenaamde kernkwaliteiten. Dat is ook een van de belangrijkste pijlers van de Positieve Psychologie; een focus op persoonlijke sterktes. Er is veel kritiek op deze persoonsgerichte invalshoek van PP (zie ook hier en hier en hier). Als het doel van een coachingstraject is om de cliënt vooruit te helpen in de richting van zijn eigen doelen, dan is het twijfelachtig om een insteek te gebruiken waarin er wordt gefocust op persoonlijke talenten en sterktes.
Statische mindset
Door een focus op persoonlijke talenten en sterktes kunnen we onbedoeld een statische mindset stimuleren, zie ook hier en hier. Ook in teams is het de vraag of we elkaars kwaliteiten moeten benutten, zie ook hier.
Niet nodig
In progressiegerichte gespreksvoering wordt de cliënt zonder toevoeging van modellen zoals de kernkwadranten geholpen om progressie te boeken in de richting van zijn eigen doelen. Dus, hoewel mensen natuurlijk hun eigen combinaties mogen maken, zie ik vooralsnog geen voordelen van de toevoeging van kernkwadranten aan een progressiegericht gesprek. Ik zie wel nadelen en risico’s (zie boven).
Logisch?
Het klinkt denk ik wel logisch dat mensen kwaliteiten hebben en dat die, als ze te ver doorgevoerd worden, een valkuil kunnen worden, en dat er zoiets bestaat als allergieën en uitdagingen. Ken jij wetenschappelijke onderzoeken naar kernkwadranten?
]
2 Reacties
Ben het helemaal met je eens, Gwenda. Het identificeren van gebreken, talenten en kwaliteiten gaat uit van een essentialistische benadering van mensen. Dat komt neer op het beschouwen van mensen als machines met bepaalde kenmerken. Mensen zijn echter een essenties, maar existenties, ze verhouden zich tot anderen, tot hun verleden, tot hun problemen en wensen … Ze verhouden zich ook tot hun zogenaamde tekorten, labels, diagnostische categorieën en hun talenten en (kern)kwaliteiten … maar vallen daar niet mee samen. Essentialistisch denken (ook die van de positieve psychologie) bemoeilijkt de progressie.
Fijn artikel. Ik heb de kernkwadranten eind jaren ’90 een tijdje gebruikt. Het bleek moeilijk om voorbij herkenning en inzicht te komen. De enige keren dat ik ze nog gebruik in mijn coachingspraktijk is als cliënten er zelf mee komen in het kader van een eigen leerwens. Elders is er dan mee gewerkt. Dan blijkt ook telkens dat het kwadrant vaak foutief gebruikt wordt. In plaats van de focus op het vinden van de balans tussen uitdaging en kernkwaliteit (om uit de valkuil/allergie dynamiek te blijven), worden mensen aangespoord de focus te leggen op de uitdaging. En ja: dat wordt snel teveel van het goede. Mijn intuïtieve ‘nee’ tegen de kernkwadranten destijds is mooi onderbouwd door jouw onderzoekje Gwenda. Dankjewel.