Twee pluspunten van autonome motivatie werden gevonden in longitudinaal onderzoek van Boncquet et al (2020). Zouden motivationele bronnen, zoals de kwaliteit van motivatie (SDT) en mindset voorspellende waarde hebben voor de academische prestaties van leerlingen, voorbij het effect van intelligentie?

Motivationele oriëntatie

Dat intelligentie een solide voorspeller is van academische prestaties is al langere tijd bekend. Dit onderzoek keek naar welke rol de kwaliteit van motivatie en mindset speelt in de progressie die leerlingen maken in hun academische wiskundeprestaties. Boeken leerlingen grotere progressie al naar gelang hun motivationele oriëntatie, los van het effect van intelligentie?

 

Training Progressiegericht
Coachen

 

Transitie

Juist in periodes van transitie zou je verwachten dat de motivationele oriëntaties medebepalend zijn voor de academische prestaties van leerlingen. In dit onderzoek werd gefocust op de transitie van lagere school naar middelbare school. De motivationele bronnen die werden bestudeerd waren de impliciete overtuigingen ten aanzien van intelligentie (mindset) en het type motivatie (gecontroleerd/autonoom) van de leerling. De uitkomstfactoren waren de wiskundeprestaties en het welbevinden van leerlingen op school. Hierbij waren de onderzoekers met name benieuwd naar de relatie tussen motivationele oriëntatie en de verandering die individuele leerlingen doormaakten qua prestaties en welbevinden.

Twee pluspunten van autonome motivatie

Intelligentie was inderdaad sterk gecorreleerd met wiskundeprestaties. Er werd geen correlatie gevonden tussen intelligentie en welbevinden. De evolutie in het type motivatie van de leerling gedurende de transitie van lagere school naar middelbare school voorspelde hun progressie. Autonoom gemotiveerde leerlingen presteerden niet alleen beter (ze lieten niet alleen meer progressie zien), ze voelden zich ook beter. Autonome motivatie was, gecontroleerd voor het effect van intelligentie, een positieve voorspeller van zowel academische progressie als van welbevinden. Dit werd zowel gevonden op het inter- als op het intra-individuele niveau.

Wiskundeprestaties en welbevinden

Het initiële type motivatie van de leerling voorspelde de mate waarin ze zich in de loop der tijd beter gingen voelen of juist slechter. Leerlingen die sterkere autonome motivatie ontwikkelden in de loop der tijd lieten ook meer progressie in wiskundeprestaties zien in de loop der tijd. Gecontroleerde motivatie was negatief gecorreleerd met wiskundeprestaties, vooral op het inter-individuele niveau.

 

Training Progressiegericht
Coachen

 

Mindset

Er werd in dit onderzoek geen effect gevonden van een statische mindset op welbevinden en prestaties. Het kan zijn dat mindset slechts een klein of geen effect heeft op academische prestaties in het algemeen. Maar uit andere onderzoeken komt een beeld naar voren dat de mindset van leerlingen vooral invloed hebben op prestaties en welbevinden wanneer leerlingen risico lopen af te haken. Mindsetboodschappen kunnen juist wanneer leerlingen twijfelen aan hun intelligentie, capaciteiten en of ze wel op hun plek zijn hun attributie in positieve zin veranderen. De omgevingskenmerken zijn medebepalend voor het effect van psychologische interventies.

 

Train-de-trainer
training

 

Twee pluspunten

Twee pluspunten van autonome motivatie die in dit onderzoek werden gevonden waren dus progressie in academische wiskundeprestaties en toegenomen welbevinden. Dit benadrukt opnieuw het belang van het creëren van een schoolklimaat waarin autonome motivatie van leerlingen mogelijk wordt.