Progressiegericht opvoeden
“Ik volg jullie nieuwsbrieven al een tijdje”, zei iemand tijdens een training vorige week: “..en speciaal de stukjes over kinderen lees ik graag.” Vanuit welke aannames werkt progressiegericht opvoeden eigenlijk? Zonder uitputtend te willen zijn, hierbij een paar kenmerken van progressiegericht opvoeden:
- Autonomie ondersteunen: het kind de ruimte geven om autonome keuzes te maken die afgestemd zijn op waar hij zelf aangeeft aan toe te zijn.
- Groeimindset stimuleren: het kind de boodschap meegeven dat hij, ongeacht waar hij nu staat, altijd kan verbeteren en dat inspanning normaal is als je beter wilt worden
- Nieuwsgierigheid aanmoedigen: interesses die het kind heeft omarmen als boeiend en er vragen over stellen
- Zelf blijven leren en verbeteren: een voorbeeld zijn van open staan voor feedback, willen verbeteren en geïnteresseerd blijven in nieuwe dingen, niet bang zijn om je fouten toe te geven
- Emotie-regulatie verwachten: vriendelijk duidelijk maken dat je verwacht dat het kind zijn emoties steeds beter leert reguleren en er iets constructiefs mee leert doen
- Verbondenheid tonen: laten merken dat het kind verbonden is met jou en voor het kind belangrijke anderen
- Procescomplimenten geven: een compliment geven over wat het kind doet dat goed werkt
- Vrolijkheid omarmen: positieve emoties ervaren met het kind, lachen, grapjes maken en optimisme uitstralen, laten merken dat je positieve verwachtingen hebt van (kleine) dagelijkse acties van het kind en van de langere termijn ontwikkeling van het kind
Wat doe je juist niet als je progressiegericht wilt opvoeden?
- Het kind labellen en vergelijken met broers/zussen: jij bent onze bolleboos en je zusje is de creatieveling
- Negatieve verwachting uiten: wat moet dat worden met jou…
- Persoonsgerichte complimenten geven: jij bent heel intelligent, jij komt er wel
- Het kind vastleggen in je verwachting: jij gaat later natuurlijk mijn opvolger worden…
- Nieuwsgierigheid afremmen: zelf alle antwoorden hebben en geven, het kind ongevraagd hulp aanbieden
- Autonomie-ondermijning: keuzes maken voor het kind, autoritair zijn, straffen en belonen
- Verbondenheid conditioneel maken: alleen liefde tonen als het kind zich gedraagt zoals jij dat wilt
- Zelf stil staan: alles al weten en geen interesse meer hebben om je beelden bij te stellen