Mindset x Context Framework: in een hoofdstuk van Yeager et al beschrijven zij de lessen van 10 jaar onderzoek naar groeimindset interventies. Ze introduceren daarbij een Mindset x Context Framework.

Mindset x Context Framework

Het Mindset x Context Framework helpt om gericht te kunnen voorspellen waar en voor wie overtuigingen-interventies effectief zullen zijn en waar en voor wie ze waarschijnlijk niet zullen leiden tot betere resultaten. Het blijkt namelijk dat de interventies sterkere effecten hebben in contexten waarin meer ‘voedingsstoffen’ aanwezig zijn die de overtuigingen ondersteunen. Mensen letten specifiek op situationele cues om te bepalen of hun overtuigingen en gedragingen legitiem en passend zijn in een bepaalde setting.

Vier voedingsstoffen

Het framework laat zien dat de overtuigingen-interventies sterkere effecten hebben wanneer 1) de student de boodschap echt heeft opgepikt 2) de student risico loopt slechte resultaten te halen 3) de omgeving de mogelijkheid biedt om ander gedrag te laten zien als reactie op de veranderde overtuiging en 4) de omgeving ook actief helpt om de nieuwe overtuigingen en nieuwe gedragingen daadwerkelijk handen en voeten te gaan geven.

Factor 1: Boodschap oppikken

Om een effect te hebben moet de student de boodschap ook echt hebben opgepikt. Daarvoor moet de interventie goed ontworpen zijn en psychologisch zijn afgestemd op de doelgroep en de boodschap moet ook nieuwswaarde hebben voor de doelgroep.

Factor 2: Risico lopen

De meeste interventies laten sterkere effecten zien bij studenten die het risico lopen slechte resultaten te halen. Dat zijn studenten die bijvoorbeeld in een transitie zitten (van lagere school naar middelbare school bijvoorbeeld) en studenten die opgroeien in slechtere sociaal-economische omstandigheden.

Factor 3: Objectieve en structurele voedingsstoffen bieden

De derde factor is of de studenten ook echt de mogelijkheden krijgen om hun keuzes en hun gedrag te veranderen naar aanleiding van de boodschap die ze hebben opgepikt. Een student die wel gelooft dat hij beter kan worden ergens in maar geen mogelijkheden krijgt om te leren en te oefenen zal moeilijker zijn gedrag in lijn kunnen brengen met zijn overtuiging.

Factor 4: Psychologische voedingsstoffen bieden

Tenslotte hangt het effect van de interventie af van de psychologische voedingsstoffen die in de context aanwezig zijn. Onder psychologische voedingsstoffen word verstaan dat de kenmerken van de situatie ertoe leiden dat de student een bepaalde overtuiging gaat zien als valide en als nuttige leidraad voor gedrag in die context. De context kan ondersteunend zijn aan de overtuiging of juist ondermijnend zijn voor de overtuiging. Als een docent bijvoorbeeld gelooft dat intelligentie onveranderbaar is zullen de studenten in die klas niet ervaren als een klas waarin een groeimindsetcultuur heerst. Daarnaast kan de context het gedrag van studenten beinvloeden. Ee klas waarin studenten feedback krijgen ten aanzien van hun progressie stimuleert het leveren van inspanning en een klas waarin peers vinden dat hard werken niet cool is stimuleert weinig inspanning leveren.

Docent gedragingen

Er lijken vier categorieën docent gedragingen te zijn die een groeimindset of een statische mindset cultuur creëren in de klas. Hier kun je die docent gedragingen vinden.