Bron: Walton et al., Science 380, 499–505 (2023)

Erbij horen: een kleine effectieve interventie. Het College Transition Collaborative (CTC) deed een grootschalig experimenteel onderzoek naar waar en voor wie een kortdurende belonging interventie leidde tot academische progressie. Een veelbelovende manier om kansenongelijkheid te verminderen is door de zorgen van studenten of ze er wel bij horen op school te adresseren. Maar net zoals bij groeimindsetinterventies heterogeniteit wordt gevonden, is dat ook bij belonging-interventies het geval. Dus waar en voor wie is een belonging-interventie effectief?

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Erbij horen

Er komt op studenten die net starten op het vervolgonderwijs na de middelbare school veel af. De gedachte dat ze wel eens niet thuis horen op de opleiding kan dan post vatten. Ze interpreteren tegenslagen en heimwee dan als een signaal dat ze niet op de juiste plek zitten. Dat ze niet slim genoeg zijn of dat ze niet geschikt zijn voor de opleiding. Als je het idee hebt dat je er niet bij hoort kan dat leiden tot het vroegtijdig opgeven. De student concludeert dan dat de opleiding niet voor hem is weggelegd.

Belonging-interventie

Een veel gesteste belonging-interventie betreft een kortdurende lees- en schrijfactiviteit die zelfstandig door studenten via internet kan worden uitgevoerd. Het duurt tussen de 10 en de 30 minuten en omvat drie elementen:

  1. de resultaten van een enquête onder oudere studenten, waaruit blijkt dat alledaagse zorgen over het gevoel van ergens bij horen – zoals heimwee, academische moeilijkheden of moeilijkheden bij de omgang met docenten – normaal zijn bij de overgang naar de universiteit en met in de loop der tijd kunnen afnemen.
  2. zorgvuldig samengestelde verhalen van oudere studenten die deze zorgen beschrijven en vertellen hoe de situatie voor hen verbeterde.
  3. schrijfoefeningen waarin de studenten reflecteerden op de komst naar de universiteit, inclusief hoe zorgen over ergens bij horen normaal zijn en meestal verbeteren met de tijd (saying-is-believing-oefeningen).

Lens

De belonging-interventie heeft positieve effecten op studenten omdat ze met een andere lens naar hun heimwee en worstelingen gaan kijken. In plaats van te concluderen dat die worstelingen een teken zijn dat ze niet op de juiste plek zitten, gaan de studenten ze als normaal onderdeel van het transitieproces zien. Daardoor reageren ze effectiever op de worstelingen, bijvoorbeeld door hulp te vragen en een mentor te zoeken. Dat blijkt niet alleen in het eerste jaar van de opleiding tot betere resultaten te leiden, maar ook op langere termijn (7-11 jaar later) positieve effecten te hebben (loopbaansucces, levensgeluk).

Identiteit

Je huidskleur, geslacht, etniciteit heeft een verschillende betekenis afhankelijk van de sociale omgeving waarin je je bevindt. Een vrouw in een context gedomineerd door mannen en iemand met een donkere huidskleur in een context gedomineerd door mensen lichtere huidskleur hebben een andere ervaring dan diezelfde personen in een andere sociale context. Het is dan ook veel te grof om een student in te delen in een sociale achterstandsgroep uitsluitend op basis van persoonskenmerken zonder de context in ogenschouw te nemen.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Waar en wie

Aan het onderzoek deden 26,911 studenten op 22 verschillende opleidingsinstituten in de USA mee. De onderzoekers namen twee factoren in ogenschouw. De eerste was of de student in de lokale context inderdaad het risico liep om te gaan geloven dat die er niet thuis hoorde, waardoor die geneigd was om op te geven. De tweede factor was of er in de lokale context voedingsstoffen aanwezig waren waardoor de student zich er toch thuis kon gaan voelen. Vervolgens keken de onderzoekers welke studenten hun eerste studiejaar goed afrondden.

Erbij horen: een kleine effectieve interventie

De belonging-interventie bleek vooral positieve effecten op te leveren voor studenten die het risico liepen om te gaan geloven dat ze niet thuis hoorden op de opleiding én die in een context functioneerden waar er voedingsstoffen aanwezig waren waardoor ze zich toch thuis konden gaan voelen. De korte interventie leidde daarmee vooral voor studenten uit sociale groepen die historisch gezien het slechtst presteerden tot betere resultaten (in termen van het eerste studiejaar goed doorkomen en afmaken).

Voedingsstoffen

Om daadwerkelijk de positieve vruchten te kunnen plukken van de belonging-interventie moet er sprake zijn van een vruchtbare voedingsbodem. Een voorbeeld van een vruchtbare voedingsbodem is de aanwezigheid van mentoren die positief reageren op hulpvragen van die studenten die het risico lopen te denken dat ze niet thuis horen op de opleiding. Een kortdurende online belonging-interventie in combinatie met een voedingsstoffen in de omgeving kan, als je de resultaten van dit onderzoek zou extrapoleren, leiden tot 12,136 studenten op die 22 instituten meer die hun eerste jaar met succes zouden afmaken. En dan vooral studenten die historisch gezien de grootste kans lopen om vroegtijdig te stoppen. De kleine interventie kan helpen om kansenongelijkheid te verminderen. Laten merken dat de student thuis hoort op de opleiding is trouwens niet hetzelfde als simpelweg zeggen dat de student erbij hoort.

 
Trainingen Progressiegericht Werken