De negativiteitsbias gaat over de manier waarop mensen geneigd zijn om inkomende informatie te beoordelen en evalueren. Onbewust evalueren mensen doorlopend inkomende informatie. Ze kunnen die informatie positief interpreteren of negatief interpreteren. Die interpretatie gaat in eerste instantie zonder dat ons bewustzijn er aan te pas komt. In ons brein is te zien of wij een positief of een negatieve evaluatie creëren (P3 amplitudes).

Positivity offset

Als er weinig informatie beschikbaar is en we ons in een rustige staat bevinden hebben mensen over het algemeen de neiging om informatie in een positief licht te plaatsen. Als ze neutrale informatie krijgen, zijn ze geneigd die positief te evalueren. Dit biedt ons een evolutionair voordeel: we durven initiatieven te nemen als we positief aankijken tegen de dingen. We gaan er eerder op af, en zo vinden we voedsel en exploreren we. Deze positivity offset wordt universeel gevonden bij mensen.

Negativity bias

Maar zodra er meer informatie beschikbaar komt en onze arousal toeneemt, dan zijn mensen geneigd om informatie in een negatief licht te plaatsen. We zien in nieuwe informatie eerder negatieve dingen, we zien de negatieve informatie sneller en sterker, we hebben de neiging om informatie negatief te interpreteren. Deze negativiteitsbias biedt ook een evolutionair voordeel, want als we snel gevaar zien en erop reageren door ons in veiligheid te brengen overleven we eerder. De negativiteitsbias ontstaat bij baby’s vanaf zeven maanden. Mensen die het einde van het leven voor ogen hebben, dus vaak mensen op hogere leeftijd, kunnen een positiviteitsbias ontwikkelen. Ze kijken dan juist vooral naar de mooie en goede dingen om hen heen.

Universeel

De positivity offset en de negativity bias worden universeel bij mensen gevonden. Het is geen cultureel verschijnsel, er worden geen culturele verschillen gevonden in de mate waarin mensen de twee biases hebben. Maar er zijn wel individuele verschillen. Mensen die in het dagelijks leven een sterkere positiviteitsbias hebben zijn ook geneigd om neutrale informatie positiever te interpreteren. Mensen die in het dagelijks leven een sterkere negativiteitsbias hebben zijn ook geneigd om neutrale informatie negatiever te interpreteren.

Type informatie

Het type informatie blijkt ook invloed te hebben op welke van de twee biases het wint. Verbale neutrale informatie lijkt eerder een positiviteitsbias op te roepen terwijl neutrale beelden eerder de negativiteitsbias oproepen. Als je bijvoorbeeld bloed ziet gaat de negativiteitsbias in werking (moord!), maar als je het woord bloed hoort dan ben je eerder geneigd om dat woord in een positief licht te evalueren (goed werkend hart). Onderzoekers denken dat dit komt omdat woorden geinterpreteerd moeten worden en er cognitie aan te pas komt om de woorden te duiden, terwijl beelden rechtstreeks bij ons binnenkomen.

Impliciet of expliciet

Als mensen expliciet de opdracht krijgen om neutrale informatie emotioneel te evalueren treedt de negativiteitsbias op. Maar als mensen impliciet de opdracht krijgen om neutrale informatie emotioneel te evalueren dan treedt die negativiteitsbias niet op. Dus aan mensen vragen om informatie tot zich te nemen en expliciet te refecteren op wat ze erbij voelen, leidt bij die mensen tot negatieve emotie-evaluaties. Maar als je diezelfde informatie geeft en mensen niet expliciet vraagt wat ze erbij voelen, dan is die negativiteitsbias niet te zien in hun evaluatie van de informatie.

Faded affect bias

Hoewel mensen zich negatieve informatie op korte termijn beter herinneren dan positieve informatie is er sprake van een effect dat wegebt. Na een dag tot een paar dagen zijn mensen geneigd tot een faded affect bias, dat wil zeggen dat negatieve herinneringen wegebben en mensen zich de gebeurtenissen positiever herinneren dan hoe ze die op het moment zelf ervoeren. De meeste mensen zijn dan ook in het algemeen relatief positief over hun leven en over gebeurtenissen in hun verleden.

Implicaties

De negativiteitsbias heeft praktische implicaties. Veel mensen zijn geneigd om neutrale informatie negatief te evalueren. Zo gaan ze met een negatiever beeld door hun huidige realiteit heen. Ze interpreteren neutrale informatie sneller als negatieve informatie, ze zien negatieve informatie sneller dan positieve, ze worden er sterker emotioneel door beïnvloed en op korte termijn herinneren ze zich de negatieve informatie meer dan de positieve. Dit kan leiden tot pessimisme en moedeloosheid. Mensen nemen elkaars emoties snel over, en als de ene moedeloos wordt kan dat ander dat ook snel worden. Zo kan in groepssituaties een negatieve spiraal ontstaan.

Tegenmaatregel

Mensen kunnen tegenmaatregelen nemen tegen de negativiteitsbias. De progressiegerichte methode reikt een grote variatie aan technieken en interventies aan hoe je dat kunt doen. Bijvoorbeeld door expliciet de aandacht te richten op de dingen die goed gaan, de dingen die lukken en de progressie die ze hebben bereikt. Ze kunnen ook zelf bewust proberen om negatieve uitingen achterwege te laten, zodat ze anderen niet belasten met hun eigen negativiteit. In plaats negatieve termen, kunnen mensen doelgerichte positieve formuleringen gebruiken. Daardoor hoeft hun gesprekspartner niet te reageren op negativiteit. Ook kunnen mensen bewust voorkomen om te focussen op iemands gevoelens en de ander te vragen om zich te focussen op zijn gevoelens, maar in plaats daarvan opener vragen naar iemands perspectief en ervaring.