Stoor me niet. Laatst gaven we een sessie progressiegerichte ‘feedback’. Een van de kernprincipes bij progressiegerichte feedback is het gebruiken van positieve formuleringen. Hoewel mensen veelal de intentie hebben om positief te formuleren, sluipen er in hun communicatie vaak negatieve en (licht) verwijtende woorden.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Stoor me niet

Janine, bijvoorbeeld, is een adviseur in een gemeentelijke organisatie. Haar collega, Karlijn, komt vaak met vragen en verhalen naar haar toe. Op zich vindt Janine dat prima, maar Karlijn doet het ook als Janine in een afgesloten cabine geconcentreerd aan de slag wil met een klus. Als die interruptie plaatsvindt is Janine er helemaal uit en dan kost het haar een tijd om weer gefocust verder te kunnen gaan. Janine wilde oefenen met progressiegerichte ‘feedback’ aan Karlijn. Haar eerste poging luidde zo: ‘Hallo Karlijn, als ik in de cabine werk, wil ik niet dat je me stoort.’

Negatief en verwijtend

Karlijn krijgt in deze formulering een minnetje op zich af (ik wil niet dat je me stoort). Die negatieve formulering is belastend voor haar. Mensen hebben een overgevoeligheid voor negatieve informatie en die heeft ook een sterker effect op ze dan positieve informatie. Het is dan lastig om niet direct een negatieve reactie terug te geven. Daarnaast kan in de formulering van Janine maar al te gemakkelijk een verwijt opgepikt worden. Het is zeer waarschijnlijk dat Karlijn in de verdediging of tegenaanval gaat en minnetjes terug gaat geven aan Janine: ‘Jij bent altijd zo ontoegankelijk en oncollegiaal’.

Positieve formulering?

Wat is dan een positievere formulering, vroeg Janine zich af. Ze probeerde iets: ‘Karlijn, ik vind je zo’n fijne collega en ik help je altijd graag, maar eh….’ Hoewel deze formulering positief is, is die tegelijkertijd weinig doelgericht en effectief. Karlijn zal zich misschien gevleid voelen, maar zal Janine zeker niet minder gaan storen.

Progressiegericht

Om te komen tot een progressiegerichte formulering verkenden we met Janine wat ze graag zou willen dat Karlijn zou gaan doen. Dat bleek te zijn: je vragen aan me stellen en ervaringen met me delen wanneer we een afspraak hebben of tijdens onze pauzes. Vervolgens keken we wat de rationale van Janine was, dus haar goede reden om dit van Karlijn te vragen. Die bleek te zijn: zodat ik mijn deadline kan halen. Janine ging namelijk alleen in de cabine werken wanneer ze werk moest afmaken waaraan een deadline zat.

Progressieverzoek

Het progressieverzoek van Janine klonk uiteindelijk zo: ‘Karlijn, ik werk soms in de cabine om werk af te krijgen waarvoor een deadline is die ik op dat moment graag wil halen. Zou je je vragen daarom aan me willen stellen of je ervaringen willen delen als we een afspraak hebben of als we allebei aan het pauzeren zijn?’

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Stoor me niet

Van een negatieve stellende opdracht was Janine zo gekomen tot een positief geformuleerde vraag. Die vraag bevatte zowel haar progressieverzoek als haar rationale daarvoor. Janine concludeerde dat haar eerdere formulering helemaal niet zo positief was als ze zelf had gedacht. Haar poging tot positiviteit zat hem eerder in vage vriendelijkheid (ik vind je zo’n prettige collega en ik help je graag) in plaats van in het verwoorden waar ze voor pleitte.

 
Trainingen Progressiegericht Werken