Wat kan ik voor je doen? Dat is een vraag die deelnemers tijdens deliberate practice in onze trainingen soms stellen wanneer ze de nuttigheidsvraag willen gebruiken. De nuttigheidsvraag is een interventie die in progressiegerichte coachingsgesprekken op diverse momenten wordt gesteld: aan het begin, gedurende het gesprek en bij de afsluiting van het gesprek. Maar de vraag ‘Wat kan ik voor je doen?’ is geen precieze formulering van de nuttigheidsvraag.

Doel van de nuttigheidsvraag

Het doel van de nuttigheidsvraag is om de cliënt aan het roer van de inhoud en het doel van de interactie te laten staan. De gesprek gaat inhoudelijk over de dingen die de cliënt relevant vindt om te bespreken. En het gesprek moet gaan opleveren wat de cliënt graag wil dat het gaat opleveren.

Inhoudsgerichte nuttigheidsvraag

De inhoudsgerichte nuttigheidsvraag klinkt bijvoorbeeld zo: ‘Wat zouden we aan de orde moeten hebben zodat dit gesprek nuttig voor je is?’ of ‘Hoe kunnen we deze tijd wat jou betreft zo goed mogelijk besteden?’ Door antwoord te geven op deze vraag reikt de cliënt aan waarover het gesprek moet gaan wat hem betreft, zodat het iets oplevert voor hem.

Opbrengstgerichte nuttigheidsvraag

De opbrengstgerichte nuttigheidsvraag klinkt bijvoorbeeld zo: ‘Waaraan zou je na afloop merken dat dit gesprek je iets heeft opgeleverd?’ of ‘Stel dat dit gesprek nuttig voor je is geweest, wat heeft het je dan opgeleverd?’ Door antwoord te geven op deze vraag reikt de cliënt aan wat de opbrengst van het gesprek wat hem betreft moet zijn.

Wat kan ik voor je doen?

De vraag ‘Wat kan ik voor je doen?’ gaat niet over de inhoud, noch over de opbrengst van het gesprek. In plaats daarvan gaat die vraag over de rol van de coach. De cliënt wordt met deze vraag uitgenodigd om te gaan beschrijven wat hij wil dat de coach gaat doen. De cliënt kan bijvoorbeeld antwoorden dat hij wil dat de coach een bepaalde aanpak gaat gebruiken (gebruik methode x), of dat de coach een bepaalde opbrengst voor hem gaat realiseren (geef me een nieuwe baan). Maar de wijze waarop de coach gaat helpen is de expertise van de coach zelf. De progressiegerichte interventies die de coach inzet zijn het domein van progressiegerichte coach en de inhoud en beoogde opbrengst zijn het domein van de cliënt.

Precieze formuleringen

Precies formuleren heeft een groot voordeel in progressiegerichte gespreksvoering. Je krijgt immers het antwoord waar je naar vraagt. Vraagt de progressiegerichte coach wat hij voor de ander kan doen, dan nodigt hij de ander uit om een bestelling bij hem te doen. Andere formuleringen die niet precies zijn, zijn bijvoorbeeld: ‘Wat kan ik voor je betekenen?’ en ‘Waarom kom je met me praten?’ en ‘Wat gaat er niet goed?’ en ‘Wat brengt je hier?’

Nuttigheidsinterventies

Precieze formuleringen van de nuttigheidsvraag zijn:

Wat (inhoudsgericht)
  • Wat zou er nuttig voor je zijn om te bespreken?
  • Welke gedachten heb je over hoe we deze tijd nuttig kunnen gebruiken?
  • Hoe kunnen we wat jou betreft de tijd zo goed mogelijk besteden?
  • Wat moet er aan de orde komen wil dit een nuttig gesprek zijn?
  • Met welk doel ben je hier gekomen vandaag?
Waartoe (opbrengstgericht)
  • Waaraan zou je achteraf merken dat ons gesprek je iets heeft opgeleverd?
  • Waaraan zou je morgen merken dat dit gesprek nuttig voor je is geweest?
  • Stel dat dit gesprek je iets heeft opgeleverd, wat gaat er dan straks beter?

Meer lezen? 100 progressiegerichte interventies