Bestaat vrije wil en bestaat autonomie? Er is steeds meer kennis over de neurologische kant van menselijk gedrag en menselijke ervaring. Sommige psychologen interpreteren die toegenomen kennis als bewijs voor het niet bestaan van het Zelf en zelfdeterminatie.

Geen vrije wil

Bijvoorbeeld Steven Pinker (2002) zegt (vrij vertaald): ”Elk van ons voelt dat er een ‘IK’ in controle is. Maar dat is een illusie welke ons brein produceert….Het brein heeft inderdaad toezichthoudende systemen in onze prefrontale kwabben en in de anterior cingulate kwab, welke de knoppen van ons gedrag kunnen indrukken en onze gewoontes en impulsen kunnen overrulen.

Maar deze systemen zijn gadgets met specifieke grillen en beperkingen; ze zijn geen implementaties van de rationele free agent, die we traditioneel identificeren met de ziel of het zelf’.

Wel autonomie

Deci en Ryan (SDT) reageren hier als volgt op (vrij vertaald): ’Pinker’s analyse ontleedt het ‘IK’ als illusie, maar vervangt het linguïstisch met een nieuw intentioneel subject, het brein, dat ten grondslag ligt aan acties, impulsen controleert en illusies over het zelf laat ontstaan.

Het brein beslist over gadgets en activeert gadgets. De logica is dat als het brein ergens bij betrokken is, het daarmee de uiteindelijke en meest relevante oorzaak is van gedrag.

Maar, in de realiteit, worden de toezichthoudende systemen en gadgets in het brein geactiveerd door de interpretaties van gebeurtenissen van de persoon en de reflecties van die persoon op de gebeurtenissen kunnen de interpretatie van de gebeurtenissen veranderen.

Het staat buiten kijf dat dit alles afhankelijk is van breinactiviteit (zonder breinactiviteit geen interpretaties), maar om vervolgens de aard van het zelf en de sociale processen te reduceren tot breinactiviteit representeert een ineenstorting van de rijke en multipele niveaus van causale analyse die juist op een interessante manier met elkaar verbonden zijn.

Zowel autonome zelfregulatie als gecontroleerde regulatie opereren binnen het organisme en hebben specifieke biologische ondersteuners. Nu de neurowetenschappen steeds verder zijn ontwikkeld, is gebleken dat autonome acties met heel andere breinactiviteit gepaard gaan dan gecontroleerde acties.

Het feit dat specifieke neurologische processen kunnen worden geïdentificeerd die corresponderen met ervaringsgerichte onderscheidingen maakt die ervaringsgerichte onderscheidingen geen illusie.

Sterker nog, het is juist een bevestiging dat de aard en de impact van zelfregulerende processen heel echt zijn.’

Autonomie

Autonoom functioneren gaat gepaard met activiteit in de prefrontale cortex regio’s welke gedragsregulatie overzien en integreren, de sub corticale striatale – thalamische gebieden welke motivatie versterken of verzwakken en de hippocampus en amygdala, welke contextuele en affectieve informatie verstrekken. De neurale mechanismen verschillen afhankelijk van of er ons wordt opgelegd wat we moeten doen of dat we er helemaal achter staan wat we doen.

Vrije wil

Lees ook hier over tien gedachten over vrije wil en voorbij de illusie dat er geen vrije wil zou zijn

]