Progressiegerichte trainingsprincipes die progressiegerichte trainers en teambegeleiders benutten staan in dit artikel kort samengevat. Er worden 11 progressiegerichte principes geschetst.

Activeren

In een progressiegerichte training zijn de deelnemers binnen de eerste minuut actief zelf aan de slag, met bijvoorbeeld een eenvoudige oefening waarin de focus op het onderwerp wordt aangebracht. De startoefeningen hebben direct inhoudelijke relevantie (dus geen opwarmertjes zonder inhoudelijke focus).

Volgorde

In een progressiegerichte training wordt de volgorde gehanteerd van 1) ervaren 2) reflectie op de ervaring 3) toelichting en evt theorie en 4) reflectie op nut en bruikbaarheid.

Werkvorm is middel

Werkvormen zijn geen doel op zich en moeten steeds ondersteunend zijn aan de inhoud van wat er wordt geleerd. Bij elke werkvorm geeft de progressiegerichte trainer zichzelf de taak om de keuze voor deze werkvorm goed te kunnen uitleggen (de rationale).

Variatie

Variatie in werkvormen is nuttig omdat dit de deelnemers alert houdt. Maar variatie in werkvormen is, net zo min als de werkvorm zelf, een doel op zich. Weerstand tegen de werkvorm behandelen progressiegerichte trainers als mogelijk een indicatie van onvoldoende ervaren nut.

Uitdagend oefenen

Progressiegerichte trainingen bieden deelnemers oefenmogelijkheid op de grens van de huidige competentie. Bijvoorbeeld via deliberate practice, zie ook hier.

Interactief

Theoretische onderbouwing is belangrijk, maar wordt in een progressiegerichte training niet vertaald in lange theoretische uitleg en presentaties. Als de theorie wordt behandeld is dat steeds in relatie tot wat de deelnemers net hebben kunnen ervaren en gebeurt dit interactief, kortdurend en dus via dialoog met de deelnemers.

Uitleggen

Door deelnemers zelf in de gelegenheid te stellen om uitleg te geven aan zichzelf en andere deelnemers verwerken ze de stof diepgaander en zien ze verbanden. In een progressiegerichte training geeft de trainer de deelnemers de mogelijkheid om in deze uitlegrol te zitten. De keuze voor het uitlegonderwerp is belangrijk; inhoud uitleggen waar je nog geen ervaring nog verstand van hebt is niet zo nuttig.

Structuur

In een progressiegerichte training zit een duidelijk herkenbare structuur en is een duidelijke rationale (waartoe deze training en waartoe deze structuur). Deze structuur wordt zichtbaar gemaakt en gehouden, zodat de deelnemers steeds kunnen volgen wat de logica is van wat ze aan het doen zijn.

Veiligheid

In een progressiegerichte training kunnen deelnemers zich steeds veilig voelen, ze worden niet ongevraagd door de groep gezet of het woord gegeven. Er wordt steeds op basis van vrijwilligheid gewerkt en de deelnemers hebben steeds de ervaring van actiekeuze.

Relevantie

De inhoud van de training kan persoonlijk relevant gemaakt worden, door deelnemers bijvoorbeeld met eigen casuïstiek en inhoud te laten werken.