Gevoel is kennis
Hoewel we intuitief geneigd zijn te denken dat we ons op een bepaalde manier gedragen omdat we ons op een bepaalde manier voelen (gevoel veroorzaakt gedrag), tonen de zelfperceptietheorie-onderzoeken aan dat die intuitie niet klopt. Gevoel is kennis.
Gevoel is kennis
Gevoel volgt gedrag, zo blijkt uit dit onderzoeksdomein, en speelt dan weer een rol in vervolggedrag (zie ook hier en hier). Dus als gevoelens niet de veroorzakers zijn van gedrag, wat zijn ze dan? Gevoel is kennis. Hoe je je voelt geeft je informatie over je gedrag in de situatie. Het is een specifieke soort kennis, namelijk kennis die je hebt verworven via ervaringen.
Ervaring
Je bent bijvoorbeeld een keer gestoken door een wesp en nu voel je je angstig als er een wesp op je arm landt. Je angstige gevoel is ervaringsgerichte kennis. Veel, zo niet alle, ervaringsgerichte kennis is zintuigelijk van aard. Dat maakt het ook zo moeilijk om je gevoel uit te leggen, je voelt het nu eenmaal zo. Een omgeving voelt bekend, een persoon voelt sympathiek, je houdt van iemand. Dat het moeilijk uit te leggen is komt omdat je gevoelens veroorzaakt worden door allerlei onbewuste processen. Processen van actie die je hebt geleerd in de loop van je leven en basisprocessen van actie die universeel zijn voor het menselijk organisme.
Niet uit de lucht
Maar gevoelens komen dus niet uit de lucht vallen. Dat je bijvoorbeeld van iemand houdt is voor jou waarschijnlijk moeilijk in woorden uit te leggen en kan als magisch en ongrijpbaar aanvoelen, maar er is een logische verklaring waarom je je voelt zoals je je voelt; je perceptuele kennis, die onbewust geactiveerd wordt, zorgt dat je liefdevolle gevoelens voor die persoon hebt. En die gevoelens informeren je over wat er gaande is (je gedrag in de situatie).
Gedrag in de situatie
Daardoor kan het intuitief lijken alsof je gevoel er eerst was en daarna je gedrag veroorzaakte, maar de werkelijkheid is andersom: je gevoelens zijn kennis over gedrag in de situatie en die kennis speelt een rol in je vervolggedrag.
Aandacht
Zo kun je toegeven aan gevoelens van liefde of je aandacht juist richten op iets anders zodat je gevoelens weer wegebben. Je kunt toegeven aan je gevoelens van boosheid en er nog een schepje bovenop doen, zodat je nog bozer wordt, of je kunt je boze gevoelens als indicatie zien dat er iets gaande is waar je het mee oneens bent en rustig nadenken over wat er belangrijk voor je is om te verbeteren in de situatie.
Kennis
Dat maakt gevoelens op een andere manier interessant dan vaak wordt gezegd; in plaats van gevoelens te verheffen als belangrijker dan rationaliteit, kun je ze benutten als kennis die je rationele afwegingen voedt.
3 Reacties
Hallo Gwenda,
Zou het niet kunnen dat er een wisselwerking bestaat tussen gevoelens en gedrag? Het feit dat je schrijft: “toegeven aan gevoelens”, duidt al aan dat gevoelens ook de neiging hebben om bepaald gedrag uit te lokken. Misschien is het niet OF OF, maar EN EN. Gedrag lokt gevoelens uit (helemaal mee eens) en gevoelens kunnen op hun beurt ook gedrag uitlokken.
Ik denk dat het inderdaad goed is dat we ons bewust zijn van onze mogelijkheid om met ons gedrag onze gevoelens te beïnvloeden, in plaats van de gevoelens leidend te laten zijn en dat we gevoelens meer als informatiebron kunnen gebruiken.
Beste Madhu
Er is inderdaad een wisselwerking tussen gevoelens en gedrag. Gevoelens zijn echter niet de veroorzakers van gedrag zoals dat het geval is bij het biljartbal effect. Gevoelens hebben wel een rol in (vervolg)gedrag. Dit is wat ik leer van de zelfperceptie onderzoeken:
Je kunt het proces van gedrag en gevoel vergelijken met de werking van een thermostaat. Er is een sensor die oppikt wat de temperatuur in de omgeving is (16 graden), er is een systeem waarmee er een referentienorm kan worden gesteld (gewenste kamertemperatuur: 21 graden), er is een systeem dat de huidige temperatuur vergelijkt met de referentietemperatuur, er is een systeem waarmee de huidige temperatuur kan worden beïnvloedt als die afwijkt van de referentienorm (CV ketel). En nu gedrag en gevoel. Er is iemand die wordt bedreigd door een rivaal. Die situatie vraagt om de ‘vecht-respons’ (sensor). Het referentiegedrag voor de vechtrespons is ‘val aan’ en de persoon gaat actie ondernemen tot de referentienorm (aanvallen) is bereikt. Dat aanvalsysteem bevat verschillende onderdelen, het autonoom zenuwstelsel (sympatische zenuwactiviteit), expressief gedrag (schreeuwen en vuisten ballen) en zichtbare actie (schoppen en slaan). Het aanvalsysteem reset vervolgens de referentiewaarden voor alle drie de systemen. In feedbacktermen is er sprake van output (signalen van vergelijkers die ervoor zorgen dat output mechanismen ‘iets’ gaan doen) en elke actie leidt ertoe dat de referentiewaarde wordt gereset, welke informatie wordt benut voor volgende actie.
Gevoelens zijn informatie waarmee het systeem de waarden reset. Als we iets voelen zijn we ons bewust van de informatie omtrent een bepaald soort gedrag. Het gevoel van boosheid, bijvoorbeeld, is de informatie dat sommige of alle van de volgende dingen aan het gebeuren zijn: we schreeuwen, onze hart bonst, we hebben onze vuisten gebald.
Informatie in de vorm van gevoelens heeft een invloed op vervolggedrag. Het is zelfs essentieel voor adequate gedragsaanpassing dat gevoelens die invloed hebben. maar hun rol is om het organisme informatie te geven over de huidige waarde in vergelijking tot de referentiewaarde. Gevoelens zijn vaak de enige herkenbare elementen in deze feedbackloop, daardoor worden ze snel verward met veroorzakers van het gedrag. We glimlachen voor we ons blij voelen en ons hart bonst voor we ons bang voelen.
Hoi Gwenda,
Dat het zo werkt, ervaar ik altijd als ik mezelf vrolijk zing. Heb dit al vaak gedaan, vraag met toch steeds weer af of het zal werken en dat doet het elke keer.
Fijn om grip te hebben op iets dat ongrijpbaar lijkt; gevoel.