Uitingen die stagneren. Hoewel de meeste mensen niet de bedoeling hebben om zichzelf of anderen de put in te praten, komen stagnerende uitingen voor voor. Natuurlijk speelt onze negativiteitsbias hierin een rol. We zijn geneigd om negatieve informatie sneller op te merken dan positieve, er sterker door geraakt te worden en deze informatie beter te onthouden dan positieve. Geen wonder dat stagnerende uitingen makkelijk over onze lippen komen.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Stagnerende uitingen

Stagnerende uitingen zijn er in allerlei vormen. Ze suggereren dat er iets mis is met de persoon, dat de situatie onoplosbaar is of dat een probleem fundamenteel en groot is. Een paar voorbeelden:

  • Suggereren dat er iets mis is met de persoon: Bijvoorbeeld door te zeggen: “Jij bent een onzeker iemand.” Dit soort uitspraken richten zich op de persoon zelf en suggereren dat er een inherent probleem met hen is.
  • Suggereren dat mensen een slechte persoonlijkheid hebben: Een voorbeeld hiervan is: “Hij is een narcist.” Dergelijke uitingen zetten alles wat deze persoon zegt en doet in het kader van pathologie, waardoor het onmogelijk wordt om met deze persoon vooruit te komen.
  • Suggereren dat een probleem diepgeworteld is: Bijvoorbeeld: “In de kern heb ik me nog nooit in mijn leven veilig gevoeld.” Dit soort uitingen geven de indruk dat er een vage fundamentele probleemoorzaak is, die allesoverheersend is in het hier en nu.
  • Suggereren dat een probleem ernstig is: Zoals in de uitspraak: “Dat is echt een enorm heftig probleem zeg…” Hiermee wordt de ernst van de situatie benadrukt, wat vaak leidt tot een gevoel van hopeloosheid.
  • Suggereren dat een probleem vreemd is: Een voorbeeld hiervan is: “Het is ook wel heel gek zoals jij reageert.” Dit soort opmerkingen zetten de reactie van de ander weg als uitzonderlijk slecht.
  • Suggereren dat verbetering niet mogelijk is: Bijvoorbeeld door te zeggen: “Het zal nooit lukken om daar iets aan te veranderen…” Hiermee wordt de mogelijkheid tot verandering of verbetering ontkend.
  • Suggereren dat de ander slechte intenties heeft: Zoals in de uitspraak: “Zij is alleen maar op macht uit.” Dit suggereert dat de ander slechts egoïstische of negatieve motieven heeft.
  • Suggereren dat het slechter gaat worden: Bijvoorbeeld: “De bodem is nog niet in zicht…” Dit soort uitingen geven de indruk dat de situatie alleen maar zal verslechteren.
  • Suggereren dat iemand schuld heeft: Bijvoorbeeld door te zeggen: “Maar wie doet dat dan ook?!” Dit legt schuld en verantwoordelijkheid voor een slechte situatie bij 1 persoon, wat vaak leidt tot defensiviteit.
  • Suggereren dat het probleem generaliseerbaar is: Zoals in de uitspraak: “Mensen die hun afspraak vergeten zijn in het algemeen onbetrouwbaar.” Dit trekt een algemene negatieve conclusie op basis van een specifieke situatie.
  • Suggereren dat er één onveranderbare grondoorzaak voor een probleem is: Bijvoorbeeld: “Het komt allemaal door de fusie van 10 jaar geleden.” Hiermee wordt het probleem aan een enkele oorzaak in het onveranderbare verleden toegeschreven.
  • Suggereren dat iemand een probleem heeft: Bijvoorbeeld door te zeggen: “Volgens mij heb jij veel onverwerkt verdriet.” Dit werkt probleeminducerend; er is opeens een probleem waarvan de persoon niet wist dat hij het had.
 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Meeleven

Ik vermoed dat stagnerende uitingen niet alleen te maken hebben met de negativiteitsbias, maar ook kunnen voortkomen vanuit een poging tot meeleven met de ander. Iemand heeft een probleem, wij sympathiseren met die persoon en diens probleem en geven uiting aan ons medeleven via stagnerende uitingen. Daarmee kan de persoon na afloop van de interactie met ons een nog zwaarder gevoel hebben over zijn situatie dan voordat hij met ons sprak. Onbedoeld hebben we dan bijgedragen aan stagnatie. In deze bijdrage kun je uitingen vinden die progressie stimuleren.