Wisful thinking: je ziet wat je hoopt te zien. Zou dat niet alleen een uitdrukking zijn, maar ook letterlijk zo zijn? Balcetis en Dunning deden 5 onderzoeken naar de vraag of mensen daadwerkelijk zien wat ze willen zien. Oftewel, heeft de motivatie om iets te willen zien een effect op je onbewuste waarnemingsprocessen, waardoor je daadwerkelijk ziet wat je hoopt te zien? Dat is dus iets anders dan wel degelijk de werkelijkheid zien, maar bewust net doen alsof je een andere werkelijkheid ziet.
Dit zijn de resultaten van hun 5 onderzoeken:

  1. de motivationele staat waarin mensen verkeren bepaalt wat ze zien als ze worden geconfronteerd met ambigue beelden
  2. mensen nemen in een multi-interpretabel beeld dat wat ze graag willen zien eerder waar dan dat wat ze liever niet willen zien
  3. mensen kijken langer naar objecten die ze graag willen zien dan naar objecten die ze liever niet zien, ze zoeken actief met hun ogen naar beelden die ze graag willen zien
  4. mensen reageren sneller op woorden die iets aantrekkelijks voor ze vertegenwoordigen dan op woorden van objecten die ze liever niet hebben

De conclusie van de onderzoekers is: mensen zijn geneigd om te zien wat ze hopen te zien, in plaats van wat ze liever niet zien. Ze nemen ook de woorden van de dingen die ze graag willen zien eerder waar dan de woorden van de dingen die ze liever niet hebben. Dit is een onbewust proces, dus mensen geloven daadwerkelijk dat ze eerlijk zijn over wat ze zeggen te zien.
Ik vind dit onderzoek interessant omdat het me enerzijds bevestigt in mijn overtuiging dat het vaak zinloos is mensen te proberen te overtuigen dat ze de dingen fout zien. Ze zien het immers echt zo, met eigen ogen. Dat maakt het onderscheid tussen wat jij ziet en wat de ander ziet nog helderder, en het maakt het ook nog eenvoudiger om begrip te hebben voor de ander. Als je door de ogen van de ander naar de werkelijkheid zou kijken, met dezelfde motivaties, zou je waarschijnlijk hetzelfde zien.
Anderzijds vind ik het interessant omdat ik me afvraag hoe deze resultaten zich verhouden tot de negativity bias, waarbij het negatieve altijd meer impact heeft en meer aandacht krijgt dan het positieve. De onderzoekers verwijzen daar ook naar in hun discussie.