Search results for: wat is Progressiegericht werken

Zinnigheid van je werk

Zinnigheid van je werk, hoe is dat gerelateerd aan je werkbeleving? Dan Ariely was benieuwd wat het effect is van het ontbreken of juist aanwezig zijn van de zinnigheid van je werk.

Experimenten

Hij deed een reeks experimenten om daar achter te komen. In een experiment dat draaide om het motiverende of demotiverende aspect van de (on-)zinnigheid van een taak, liet hij mensen Bionicles bouwen. In de ene conditie bouwden proefpersonen net zoveel Bionicles als ze zelf wilden.

Betekenisvolle conditie

Elke Bionicle die ze bouwden werd op tafel gezet en als men klaar was met bouwen dan kregen ze een bedankje. Pas als ze weg waren werden alle Bionicles uit elkaar gehaald voor de volgende proefpersoon. Dat noemt Ariely de betekenisvolle conditie.

Sysiphus conditie

In de tweede conditie mochten mensen ook net zoveel bionicles bouwen als ze zelf wilden, alleen telkens als ze er eentje gebouwd hadden en ze de tweede bouwden, dan werd de eerste voor hun ogen weer uit elkaar gehaald en zo bouwden ze dus telkens opnieuw dezelfde twee bionicles. Ariely noemt dit de Sysiphus conditie, naar Sysiphus die dezelfde rots telkens dezelfde berg om moest duwen.

Voorspelling

Hij liet andere mensen voorspellen hoeveel bionicles zij dachten dat proefpersonen in beide condities zouden willen bouwen. Stel dat hij die vraag aan jou had gesteld, hoe groot denk jij dat het verschil zou zijn tussen de betekenisvolle conditie en de Sysiphus conditie?

Het resultaat

In de betekenisvolle conditie waren mensen bereid om 11 bionicles te bouwen en in de Sysiphus conditie 7. En dat was een veel groter verschil dan mensen die de verschillen moesten voorspellen hadden gedacht. Men voorspelde dat het verschil veel kleiner zou zijn: 8 in de betekenisvolle conditie en 7 in de Sysiphus conditie.

Onderschatten

Ariely stelt: we weten wel dat betekenisvolheid van wat je doet belangrijk is om gemotiveerd aan het werk te gaan, maar we onderschatten hoe belangrijk het voor mensen is dat wat ze doen betekenisvol is, zinnig is.

Rationale

In de progressiegerichte stuuraanpak benadrukken we het belang van de rationale. De zinnigheid van wat er van een medewerker verwacht wordt. De betekenis ervan. Het doel ervan. Wat het voor goeds oplevert als de medewerker gaat doen wat er van hem verwacht wordt. De goede reden waarom het specifieke gedrag van de medewerker wordt gevraagd.

Waartoe

Wanneer een leidinggevende goed kan verduidelijken waarom iets moet gebeuren, dan neemt de perceptie van de medewerker dat hij iets doet wat zinnig is, toe. Als een leidinggevende niet duidelijk kan maken waartoe een medewerker iets moet gaan doen, dan belemmert hij daarmee de internalisatie van dat doel door de medewerker.

Gecontroleerd gemotiveerd

In plaats van autonoom gemotiveerd, raakt de medewerker dan gecontroleerd gemotiveerd. Hij gaat het misschien wel doen, maar met inwendige tegenzin en onder protest.

Internalisatie

Mensen kunnen een doel dat van buitenaf komt, en niet uit henzelf komt, internaliseren. Dat wil zeggen dat ze het extern gegegeven doel gaan ervaren als een doel waarvoor ze zelf kiezen. Soms vinden mensen dit moeilijk te begrijpen. Ze gaan er dan van uit dat alles wat niet in eerste instantie uit jezelf is gekomen, nooit iets kan worden waar je zelf achter staat.

Intrinsieke motivatie

Dat onbegrip heeft regelmatig te maken met het niet goed snappen wat autonome motivatie is. Autonome motivatie wordt dan verward met intrinsieke motivatie.

Een voorbeeld: veel kinderen vinden het opruimen van hun spullen niet leuk om te doen (geen intrinsieke motivatie), maar als ze zelf vader of moeder worden dan hechten ze er wel waarde aan om hun huis opgeruimd en schoon te houden. Wat is er in de tussenliggende jaren gebeurd dat ze het nu wel belangrijk vinden om op te ruimen?

Zinnigheid

Het kan zo zijn dat ze de lol van schoonmaken zijn gaan ontdekken. In dat geval zijn ze intrinsiek gemotiveerd geraakt voor opruimen en schoonmaken. Het kan ook zijn dat ze in de loop der jaren de waarde van een (redelijk) opgeruimd huis hebben leren kennen. Hygiënisch leven, dingen snel kunnen vinden, of wat ze dan ook maar belangrijk vinden aan een schoon en opgeruimd huis. In dat geval zijn ze niet zozeer intrinsiek gemotiveerd (ze vinden schoonmaken niet interessant), maar hebben ze opruimen en schoonmaken wel omarmd als een waardevolle of belangrijke activiteit (geinternaliseerde extrinsieke motivatie). In beide gevallen zijn ze autonoom gemotiveerd om schoon te maken en op te ruimen.

Integratie

Als het niet mogelijk was dat iemand een extern doel ooit tot zijn eigen doel maakt, dan bestaan er dus geen volwassenen die opruimen en schoonmaken als kind vervelend vonden en het niet wilden doen, terwijl ze het als volwassene wel vanuit zichzelf willen doen. Gelukkig is dat niet het geval. Want als mensen niet in staat zijn om waarden en principes die niet in eerste instantie uit henzelf zijn gekomen maar hen door iemand anders zijn aangereikt te omarmen als belangrijke waarden en principes voor henzelf, dan zouden we nooit samenlevingen kunnen bouwen waarin de meeste mensen er vanuit zichzelf voor kiezen om niet te stelen, geen geweld te gebruiken, beleefd en vriendelijk te zijn, iets voor een ander over te hebben en ga zo maar door. Voor de meesten van ons geldt dat we in de loop van ons leven hebben geleerd om speeltjes en voedsel te delen en meningsverschillen met woorden op te lossen in plaats van met vuisten.

Zinnigheid van je werk

Dus, wil je dat iemand vanuit zichzelf gemotiveerd kan raken voor een activiteit, zorg dan dat wat je van hem vraagt zin heeft. En leg goed uit wat die zin is.

]

Het Ikea-effect

Het Ikea-effect is een interessant fenomeen. In de jaren 50 kwamen er cakemixen op de markt die, tot grote teleurstelling van de bedenkers ervan, bijzonder slecht verkochten. Allerlei andere kant- en-klaarmixen deden het prima, maar cakemixen niet. In een poging om te begrijpen wat daarvan de reden was, ontstond de ei-theorie, zoals Dan Ariely die noemt.

Ei-theorie

In de kern is dat het idee, dat wanneer mensen alleen maar wat water hoeven toe te voegen aan de kant en klaar mix, ze niet echt trots kunnen zijn op het eindproduct, ook al smaakt het nog zo lekker en ziet het er nog zo mooi uit. Dus, men haalde eieren uit de kant-en-klaarmix en mensen moesten nu zowel melk als ei toevoegen om de cake te kunnen maken.

Ei eruit

Het resultaat? De cakemixen werden veel populairder en werden veel beter verkocht. Dit voorbeeld bracht Dan Ariely op een idee voor een experiment. Hij liet mensen origami maken onder twee condities. In de ene conditie waren er duidelijke instructies hoe de origami gebouwd moest worden en in de tweede conditie waren de instructies weggehaald en moesten mensen zelf bedenken hoe ze de origami figuren in elkaar moesten zetten.

Experiment

In beide condities werd aan de deelnemers gevraagd hoe mooi ze de origami zelf vonden en hoe mooi ze dachten dat anderen (die geen origami hadden gemaakt) de origami vonden. Het bleek dat de mensen die de origami hadden gemaakt zonder instructies, zowel zelf vonden dat hun eigen origami prachtig was als ook inschatten dat anderen (die de origami niet hadden gemaakt) het prachtig zouden vinden.

Instructies

De mensen die de origami hadden gemaakt met instructies, waren ook heel tevreden over hun product en schatten ook in dat anderen het net zo mooi zouden vinden, maar in mindere mate dan de mensen die de origami zonder instructies hadden gemaakt. In werkelijkheid vonden de mensen die de origami beoordeelden de producten helemaal niet zo mooi, en logischerwijze vonden ze de origami die was gemaakt zonder de instructies lelijker dan de origami die was gemaakt met instructies.

Het Ikea-effect

Dan Ariely noemt dit het Ikea-effect; als je iets zelf  hebt gebouwd en dat heeft je moeite gekost, heeft dat tot effect dat je er meer van gaat houden en het meer gaat waarderen. Als je een Ikea meubel aanschaft dan moet je je best doen om het zelf in elkaar te zetten en soms is dat ingewikkeld en moet je het weer uit elkaar halen en opnieuw beginnen. Het resultaat is dat je meer van je meubelstuk gaat houden. Je bent er trotser op dan wanneer iemand een kant-en-klaarmeubel simpelweg in je kamer zet.

Produceren

Zowel in de onderwijssetting als in organisaties is het handig om het Ikea-effect te kennen en benutten: zorg dat mensen zelf iets kunnen produceren en zorg ervoor dat hun taken complex genoeg zijn om trots te kunnen zijn op hun product. Zelf iets kunnen ontwikkelen en maken dat je als moeilijk ervaart, zorgt voor werkvoldoening.
]

Vrije wil en autonomie

Bestaat vrije wil en bestaat autonomie? Er is steeds meer kennis over de neurologische kant van menselijk gedrag en menselijke ervaring. Sommige psychologen interpreteren die toegenomen kennis als bewijs voor het niet bestaan van het Zelf en zelfdeterminatie.

Klik hier om meer te lezen

Self efficacy en autonoom functioneren

Hangen de concepten self efficacy en autonoom functioneren met elkaar samen en zo ja hoe?

Klik hier om meer te lezen

Trots: beter presteren of agressie?

Trots: leidt het tot beter presteren of tot agressie? Als je je trots voelt, dan kan dat ertoe leiden dat je beter gaat presteren maar het kan er ook toe leiden dat je je agressiever gaat gedragen. Hoe werkt dat?

Klik hier om meer te lezen

Even een rondje successen vieren?

Sinds een paar maanden starten we onze vergaderingen met een rondje successen vieren, vertelde een manager mij laatst. Maar, zo vervolgde hij, het werkt niet. Het lijkt meer en meer op een rondje pochen, waaraan sommigen wel meedoen en anderen niet.Klik hier om meer te lezen

Dat er nu iemand is, die trots is op mijn zoon….!

Startcollege Zadkine.inddJongeren ouder dan 16 jaar die nog geen opleiding hebben gevolgd toch met een diploma van school laten gaan. Dat is het centrale doel van de Entree Opleidingen, waaraan bij Zadkine Startcollege alle activiteiten met studenten moeten bijdragen. Daartoe werkt Startcollege onder andere met het concept ‘klas als werkplaats’. Vandaag vond een mini- symposium plaats georganiseerd door het Zadkine Startcollege. Het symposium was getiteld: Kansen voor speciale doelgroepen op het MBO zoals jongeren met een stoornis in het autistisch spectrum. Aanpak en resultaten. In dit mini-symposium werd duidelijk dat de aanpak van Startcollege tot veelbelovende resultaten leidt.
De hoofdpunten van die aanpak zijn:
• een vriendelijke en tegelijkertijd vasthoudende focus op aanwezigheid van studenten
• relatief kleine klassen
• een klassenlokaal-indeling die is afgestemd op de behoeften van de leerlingen die in die specifieke klas zitten
• een persoonlijke relatie met een klassenbegeleider en een mentor die maatwerkhulp organiseert als dat nodig is
• een klassensamenstelling van studenten die dezelfde soort ondersteuningsbehoefte hebben (bijvoorbeeld een klas met jonge moeders, een structuurklas)
• de vaardigheden die werkgevers willen zien willen ze een leerling een stageplek bieden, direct bij de start van de student op het Zadkine hanteren als beginpunt voor het onderwijs
• progressiegerichte gespreksvoering met studenten en ouders en werkgevers
Inspirerend was het enthousiasme, de betrokkenheid en de effectieve aanpak van de begeleiders van de structuurklas, Lucille van As en Anita Timmermans. Dat is een klas waarin studenten met een stoornis in het autistisch spectrum zitten, oftewel een klas waarin leerlingen zitten die behoefte hebben aan een duidelijke structuur. Twee leerlingen uit deze klas hadden de moed om voor de welgevulde zaal iets te vertellen over hun studie, hun werk (!) en hoe het nu met ze gaat. Van één van die studenten was de moeder aanwezig, die iets kwijt wilde wat op de zaal indruk maakte. Ze maakte zich al jaren zorgen over haar zoon, want het lukte allemaal niet goed op school, hij was erg teruggetrokken en verlegen. Toen hoorde ze van autisme en ze vreesde dat er iets heel ernstigs aan de hand was met haar zoon. Het was tobben en worstelen voor zowel haar zoon als haarzelf. Ze was somber over zijn toekomstmogelijkheden. En toen kwam haar zoon in de structuurklas van Startcollege. Nog geen jaar later loopt hij stage bij de Gamma, gaat het goed met hem op school, heeft hij veel bijgeleerd en durft hij voor een volle zaal zijn verhaal te doen. Zijn moeder schoot vol en zei:”Dat er nu iemand is die trots is op mijn zoon, dat jullie hier nu trots zijn op mijn zoon, ik had het nooit gedacht….!”
 

Progressie boeken met negatieve collega

Hier kon je vijf tips vinden om anders te gaan kijken naar je negatieve collega. Naast dat je zelf anders naar je collega, jezelf en jullie situatie kunt gaan kijken, kun je ook een aantal progressiegerichte (gespreks-)technieken inzetten. Hier zijn voorbeelden van progressiegerichte technieken die je kunt inzetten:Klik hier om meer te lezen

Negatieve uitingen

De afgelopen weken vertelden meerdere deelnemers in mijn trainingen dat ze gebukt gingen onder negatieve collega’s. Collega’s die klagen, die overal problemen zien, die zeuren, die kritiek hebben, negatieve oordelen en die pessimistisch zijn. Omdat emoties erg besmettelijk zijn, voel je je zelf al snel somber worden als je collega zijn negatieve emoties uit. Hoe kun je progressiegericht kijken naar negatieve uitingen? Hier zijn tips.

Klik hier om meer te lezen

Replicatiestudies zelf onjuist?

Replicatiestudies zelf onjuist? In 2017 claimde een groep van 270 wetenschappers, die zichzelf de Open Science Collaboration noemen, dat ze hadden geprobeerd om 100 psychologische studies te repliceren en dat dit in meer dan de helft van de gevallen niet was gelukt. Het deed veel stof opwaaien en er ontstond een replicatie-crisis in de psychologie. Veel twijfels over de kwaliteit van psychologisch onderzoek en over wat we kunnen geloven van de onderzoeksresultaten van veel psychologisch onderzoek.

Klik hier om meer te lezen