Er zijn verschillende manieren waarop mensen kunnen omgaan met negatieve emoties. Wat zijn de effecten van die verschillende manieren op het functioneren van mensen? Dat is in in twee experimentele onderzoeken van Roth et al bestudeerd. In dit artikel vat ik de onderzoeksresultaten ervan samen.

Geïntegreerde regulatie van negatieve emoties

De vaardigheid om negatieve emoties te ervaren, te exploreren waarover ze gaan en dit te gebruiken om vrijwillig ons gedrag te reguleren staat in de literatuur bekend als geïntegreerde emotieregulatie. Mensen met deze regulatiestijl ervaren negatieve emoties als belangrijke bronnen van informatie. Ze gebruiken die informatie om hun gedrag aan te passen en voor intentionele actieregulatie.

Tolerantie

Geïntegreerde emotieregulatie is gebaseerd op een tolerante, accepterende en geïnteresseerde houding ten aanzien van negatieve emoties. Het gaat gepaard met het open praten met anderen, met vragen van hulp aan anderen, met empathisch luisteren naar anderen en met open onderhandeling bij interpersoonlijke conflicten (op een niet-aggressieve manier).

Vrijwilligheid

De geïntegreerde regulatiestijl kenmerkt zich door vrijwilligheid en eigen keuze. Het gaat in deze stijl dus niet om het steeds uiten van negatieve emoties of het juist onderdrukken ervan, maar om het op een zodanige manier omgaan met die emoties dat ze een weerslag zijn van de behoeften, waarden, aspiraties van de persoon en van situationeel ingegeven overwegingen.

Gecontroleerde regulatie van negatieve emoties

Wanneer mensen gecontroleerde regulatiestijlen hebben, probeerden ze negatieve emoties te onderdrukken, verbergen en negeren. Negatieve emoties worden dan namelijk gezien als gevaarlijk en bedreigend. Hoewel mensen met deze regulatiestijl waarschijnlijk langere tijd effectief kunnen doorwerken, ervaren ze minder verbondenheid met anderen. Ze gaan situaties uit de weg waarin de negatieve gevoelens naar verwachting zullen optreden. De relatie met anderen verslechtert, omdat ze niet meer investeren in open praten over wat hen bezighoudt.

Disregulatie van negatieve emoties

Wanneer mensen een stijl van disregulatie hebben ontwikkeld, voelen ze zich overweldigd door negatieve emoties en voelen ze zich machteloos. Wanneer mensen hun negatieve emoties niet meer reguleren, zijn ze niet meer in staat om in het dagelijks leven effectief te zijn. Ze zijn niet meer effectief in hun relaties met anderen. Ze zijn geen steun meer voor anderen en ze verbinden zich niet meer met anderen.

Empirisch onderzoek

Empirisch onderzoek naar de regulatie van negatieve emoties is schaars. Het onderzoek dat er wel is, focust zich vooral op intieme relaties en is correlationeel van aard. Daarnaast maakt het onderzoek voornamelijk gebruik van zelfrapportages. Dat heeft beperkingen, zie ook hier en hier.

Experimenten

Roth et al deden experimenteel onderzoek naar regulatie van negatieve emoties. In twee experimentele studies werd de gedrags-, emotionele en cognitieve consequenties van emotieregulatie ten opzichte van het onderdrukken van emoties bestudeerd. Er werd daarbij gebruik gemaakt van een angstwekkend filmfragment.

Studie 1

In studie 1 werd de associaties onderzocht tussen emotie regulatie types (zelf gerapporteerd) en defensieve versus non defensieve emotie verwerking. De participanten vulden een aantal vragenlijsten in waaruit hun zelf gepercipieerde regulatiestijl bleek. Vervolgens keken zij naar een kort filmfragment van Silence of the Lambs.

Emoties

Om te kunnen bepalen of ze inderdaad bang waren geworden, vulden ze na afloop een vragenlijst in waaruit bleek welke emoties zij hadden ervaren tijdens het bekijken van de film. Vervolgens deden ze een schriftelijke expressie opdracht. De opdracht was om gedurende zeven minuten te schrijven over de diepste gedachten en gevoelens die ze hadden tijdens het kijken van de film. Ze werden in de instructie aangemoedigd om de diepste emoties en gedachten te exploreren.

Pennebaker

Bij de analyse van de geschreven teksten gebruikten de onderzoekers de woordcategorieën van Pennebaker. Zie ook hier. Niet defensieve emotieverwerking kenmerkt zich door:

  • Self-referencing termen: termen waaruit blijkt dat de persoon eigen verantwoordelijkheid neemt voor zijn gevoelens, betrokkenheid toont bij zijn eigen negatieve emoties
  • Cognitieve verwerkingstermen: woorden waaruit blijkt dat de persoon de negatieve gevoelens cognitief verwerkt (omdat, effect, dus, denk, weet, overweeg)
  • Negatieve emotietermen: het gebruik van negatieve emotie woorden blijkt accuraat gerelateerd te zijn aan de emotionele ervaring
  • Het gebruik van de verleden tijd: negatieve emoties waarover wordt gesproken in de verleden tijd zijn al verwerkt.

Minder defensief

De conclusie van deze studie was dat geïntegreerde regulatie gepaard ging met minder defensiviteit. Dat manifesteerde zich door het gebruik van meer self-referencing, meer cognitieve verwerkingstermen, meer gebruik van de verleden tijd. In de gecontroleerde regulatiestijl was meer sprake van defensiviteit, minder self -referencing, minder cognitieve verwerkingstermen minder gebruik van verleden tijd. In de disregulatiestijl was sprake van minder self-referencing en meer negatieve emotiewoorden. Verder kwamen er bij die laatste stijl geen duidelijke correlaties naar voren.

Studie 2

In studie 2 werd de emotie regulatiestijl gemanipuleerd door de proefpersonen een bepaalde type emotieregulatie op te dragen (een geïntegreerde stijl, een onderdrukkende stijl en daarnaast was er een controlegroep). Dus de proefpersonen kregen de specifieke instructie om hun emoties te onderzoeken, ervaren en exploreren versus om ze te onderdrukken en niet te laten zien.

Na enige tijd

Uit ander onderzoek is gebleken dat de voordelen van de geïntegreerde regulatie van negatieve emoties pas zichtbaar zijn na enige tijd. Het verwerken van negatieve emoties is belastend, dus op het moment dat het plaatsvindt zijn de voordelen ervan niet tegelijkertijd zichtbaar. In deze tweede studie kregen de proefpersonen daarom tweemaal het stukje film te zien met 72 uur ertussen.

Voordelen

De hypothese was dat de groep die geïntegreerde emotieregulatie had toegepast, voordelen zouden ervaren ten opzichte van de andere twee groepen, in termen van huidconductie, fysieke observatie en zelfrapportage, betere cognitieve capaciteit (herinneringstest).


De studie bevestigde de hypothese. In vergelijking met onderdrukken van de angst, leidde geintegreerde regulatie ertoe dat de proefpersonen minder defensief reageerden, minder fysieke arousal hadden en beter cognitief presteerden op de herinneringstest. Overigens was het opvallend dat de groep die de opdracht had gekregen om met een geintegreerde regulatiestijl om te gaan met hun emoties, al tijdens de eerste keer kijken naar het enge filmfragment minder fysieke stress vertoonden dan de andere proefpersonen.

Conclusie

Interesse hebben in en het accepteren van je negatieve emoties is gelinkt met minder defensieve processing van negatieve ervaringen en beter functioneren. Dit betekent niet dat het uiten van negatieve emoties aangemoedigd zou moeten worden. Het betekent wel dat er indicaties zijn dat het goed is voor mensen als ze in staat zijn om hun negatieve emoties op een manier te benaderen waar ze helemaal zelf achter staan, om mindful te zijn ten aanzien van hun negatieve emoties en om hun emoties zo te hanteren dat ze zich gedragen in overeenstemming met hun eigen aspiraties, waarden en interesses.

]