In de loop der jaren zijn mijn gedachten over “wie je bent” totaal gekanteld. Een jaar of twintig geleden ging ik (bewust en onbewust) uit van dit soort overtuigingen:

  • Er bestaan verschillende stabiele persoonlijkheidstypen, vrij onveranderbare verschillen in intelligentie, fundamentele verschillen tussen mannen en vrouwen en tussen verschillende rassen
  • Het is heel belangrijk om je eigen persoonlijkheidstype en je authentieke zelf te kennen
  • En om het persoonlijkheidstype van anderen te kennen en daar je communicatie met die ander op af te stemmen
  • Mensen (en dus ook ikzelf) zijn vrij onveranderbaar
  • En je kunt anderen al helemaal niet veranderen

Deze manier van denken had een effect op mijn gedrag in relatie tot anderen. Als er iets goed liep zocht ik verklaringen in termen van positieve persoonlijkheidskenmerken van mezelf of de ander. Als er iets mis ging zocht ik verklaringen in termen van negatieve persoonlijkheidskenmerken van mezelf of de ander. Mijn eigen communicatiestijl kwam door mijn persoonlijkheidstype en als ik het persoonlijkheidstype van de ander kende kon ik begrijpen waarom de communicatie stroef of soepel verliep en kon ik dat benoemen. Tussen de woorden van mij en de ander stonden onze persoonlijkheidstypen. Omdat ik ervan uitging dat mensen vrij onveranderbaar waren, waren er maar twee opties als het niet lekker ging tussen mij en iemand anders: mezelf veranderen of weggaan. De overtuigingen leidden tot stagnatie. Een eenvoudig voorbeeld? Ik herinner me een training in een bepaalde persoonlijkheidstypologie, zo’n 18 jaar geleden. Ik zat in een groepje en we hadden een groepsopdracht om een presentatie te maken. We waren ingedeeld op persoonlijkheidstype. De hele middag moesten we elke tien minuten uitwisselen hoe we ons voelden in het groepsproces en moesten we verklaringen geven voor die gevoelens in termen van ons persoonlijkheidstype. ‘s Avonds hadden we hoofdpijn en waren we enorm geïrriteerd en na die training hoefden wij elkaar nooit meer te zien. En die presentatie die we moesten maken? Die was kwalitatief bijzonder slecht.
Langzamerhand begon ik informatie te krijgen die haaks stond op mijn overtuigingen. Bijvoorbeeld:

  • Er is geen wetenschappelijk bewijs voor het bestaan van een beperkt aantal persoonlijkheidstypen, wel voor het bestaan van verschillende gedragsvoorkeuren op een aantal dimensies.
  • Er is geen wetenschappelijk bewijs voor onveranderbaarheid van IQ, voor het bestaan van genetische verschillen in IQ tussen verschillende “rassen” en “geslachten”, voor het bestaan van uitsluitend twee geslachten (man en vrouw), voor het bestaan van aangeboren toptalent, voor onvermijdelijke geestelijke achteruitgang bij ouderdom, voor het bestaan van leerstijlen, voor het bestaan van vaststaande fasen in rouwverwerking of omgaan met verandering, voor onveranderbare genetisch bepaalde verschillen in persoonlijkheid tussen mannen en vrouwen en ga zo maar door. Toch praten mensen over vaststaande verschillen tussen mensen alsof ze waar zijn. Er is geen bewijs nodig, want we weten toch wel hoe het zit. Daarmee creëren we juist de verschillen waarvan we zeker denken te weten dat ze bestaan.
  • Gedrag wordt sterk beïnvloed door de omgeving waarin dat gedrag plaatsvindt, dus in plaats van verklaringen in termen van persoonlijkheid te geven zijn verklaringen in termen van omstandigheden vaak accurater.
  • Mensen kunnen niet niet veranderen. Er is veel meer veranderbaar dan we vaak denken en de overtuiging of verandering en verbetering mogelijk is, is bepalend voor wat mensen doen en bereiken.
  • Door jezelf en anderen te labellen stimuleer je een statische mindset bij jezelf en de ander. Een statische mindset leidt tot stagnatie.

Deze manier van denken heeft een ander effect op mijn gedrag in relatie tot anderen. Als er iets goed gaat, ga ik op zoek naar wat heeft gewerkt. Als er iets mis loopt ga ik op zoek naar wat er mis ging en hoe dat te verbeteren valt. In de communicatie met anderen probeer ik aan te sluiten op de woorden en het perspectief van de ander op dat moment in de interactie. Dat leidt vaak sneller tot een constructieve interactie en progressie. Omdat ik ervan uit ga dat verbetering altijd mogelijk is, zijn er legio opties als het niet lekker loopt.
Crash het stereotype. Ik heb de film “crash” al ontelbare malen bekeken, en vind het een pareltje onder de films. Er zijn zoveel films waarin bestaande stereotypen worden bevestigd, dat deze film in mijn ogen een belangrijk tegengeluid geeft: mild en eerlijk.

Gerelateerde posts:
1. Impliciete theorieën over de veranderbaarheid van karaktereigenschappen
2. Breinverschillen tussen mannen en vrouwen?
3. Kijk, je hebt twee type mensen
4. Hoe ontwikkelen mensen zich?
5. Intelligentie, er is nog veel over te leren
6. Benut elkaars kwaliteiten niet
7. Progressie in ons taalgebruik
8. De sterkteverwarring
9. Persoonlijkheid is veranderbaar
10. Vijf misverstanden over de groeimindset
11. Sluit niet aan bij de leerstijl van de student en learning styles, concepts and evidence