De ontkenning zit in de erkenning. Harm is de leidinggevende van Jan. Jan volgt de veiligheidsprocedures op het werk niet goed, waardoor Harmen risico op het ontsnappen van asbest ziet. Jan sluit de zakken met afval niet, dus die staan open in de bus. Harm gaat erover in gesprek met Jan. Jan werpt tegen: ‘Maar de clips zijn altijd op, ik kan die zakken dus niet dichtdoen. Het is heel vervelend en lastig dat er nooit genoeg clips in de bus klaar liggen.’

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Ontkenning

In progressiegerichte gespreksvoering speelt het aansluiten op het perspectief van de gesprekspartner een grote rol. De oprechte aansluiting creëert een platform voor reciprociteit. Harm wil aansluiten, want hij heeft gemerkt dat gesprekken beter verlopen en meer opleveren als dat hem lukt. Maar hij vind het argument dat de clips op zijn onzin. Dan moet Jan immers maar zorgen dat hij clips bij zich heeft in de bus. Zijn aansluiting klinkt zo: ‘Op zich begrijp ik wel wat je zegt,….’

Tegenwerping

Nog voordat Harm de zin heeft afgemaakt heeft Jan al in de gaten dat er na de komma een tegenwerping zal komen. De erkenning van Harmen is een opmaat voor zijn ontkenning. Jan zet zich dan ook schrap en komt met nog meer argumenten waarom hij zich niet aan de veiligheidsmaatregelen kan houden.

Oprecht

Als je oprecht aansluit voelt je gesprekspartner zich erkent, waardoor er goede samenwerking tot stand komt in het gesprek. Maar als er ontkenning in je erkenning sluipt is er van echte erkenning geen sprake. Gesprekspartners voelen feilloos aan of de erkenning en aansluiting oprecht gemeend is, of dat die eigenlijk een ontkenning is van het perspectief van de gesprekspartner. Het zit hem in de woorden, en ook in de toon. Is de toon aarzelend, stellend, streng? Dan komt de erkenning over als ontkenning. Heeft de zin een “verongelijkt ritme”? Ook dan komt de erkenning over als ontkenning.

 
Trainingen Progressiegericht Werken
 

Mindset

Oprecht aansluiten komt voort uit oprechte onderzoekende gedachten. Bijvoorbeeld dit soort gedachten:

  • Ik ben benieuwd wat deze gesprekspartner voor ogen heeft
  • Deze gesprekspartner zegt dit vast niet zomaar
  • Wat zou er belangrijk zijn voor deze gesprekspartner?
  • Ik ben ervan overtuigd dat deze gesprekspartner een goede bedoeling heeft
  • Ik geloof dat mensen uiteindelijk kiezen voor iets constructiefs
  • Als ik deze gesprekspartner zou zijn dan zou ik hetzelfde zien als wat hij ziet, want dan was ik hem en had ik zijn ogen

Erkenning

Harmen begint opnieuw. Deze keer sluit hij oprecht aan. Hij hoeft het daarvoor niet eens te zijn met het perspectief van Jan. Hij zegt: ‘Als de clips op zijn is het inderdaad niet mogelijk om de zakken te sluiten en het is inderdaad lastig als de clips niet in de bus liggen.’ Met deze aansluiting is Jan het helemaal eens. Hij reageert dan ook met: ‘Ja, precies!’ Nu is het platform voor reciprociteit aan het ontstaan. Harm kan nu doorschakelen met een stuurvraag waarin hij zijn progressieverwachting communiceert. Het is immers wel de bedoeling dat Jan de veiligheidsmaatregelen steeds gaat volgen. Meer te weten komen over progressiegericht sturen kan hier.

 
Trainingen Progressiegericht Werken